BRUSSEL (KerkNet) - Precies vijftig jaar geleden, in de nadagen van de koloniale tijd, werd de encycliek 'Paus Pius XII - Encycliek
Fidei Donum
Over de toestand van de Afrikaanse missie
(21 april 1957)' (De gave van het geloof) gepubliceerd. Paus Pius XII vroeg daarin aan de bisschoppen voor een bepaalde tijd diocesane priesters ter beschikking te stellen van bisdommen in het Zuiden. Aan de basis lag de overtuiging dat er in de vroegere missiegebieden lokale kerken tot stand moesten komen. In Vlaanderen sloeg de oproep bijzonder goed aan en gaven de voorbije halve eeuw honderden priesters daaraan gehoor. Vooral Latijns-Amerika, en in mindere mate Afrika, oefenden een grote aantrekkingskracht uit. De priesters die aan de oproep gehoor gaven, worden priesters 'fidei donum' genoemd, steeds vaker vertaald als priesters-in-zending. Tegenwoordig zijn er ook steeds vaker leken. Kerknet legde over 50 Jaar Fidei Donum alvast enkele vragen voor aan Jef Van Den Ouweland, zelf jarenlang actief als priester 'fidei donum' en ook verbonden aan het COPAL (het Collegium Pro America Latina) in Leuven.
"Ik heb me steeds bijzonder geïnteresseerd voor wat er leeft bij andere volkeren en culturen. Tijdens mijn seminarieopleiding stelde ik me in de vakantiemaanden jaarlijks ten dienste van Gaudiac, een organisatie van de Salesianen van Don Bosco, met projecten in Algerije en Tunesië en leerde er de delicate situatie kennen van interculturele en interreligieuze dialoog vanuit een wederkerig respect. Later als nationale proost van Chirojeugd Vlaanderen had ik heel wat kansen om, via de overzeese stichtingen, die dialoog verder uit te breiden. Ook het Tweede Vaticaans Concilie met zijn grote opties voor 'eenheid en pluriformiteit' binnen de wereldkerk, met een nieuwe impuls van openheid in het evangelisatiewerk naar de culturele context van de verschillende volkeren, was erg inspirerend. Ik geraakte in de ban van Latijns-Amerika en zijn unieke eigentijdse visie op spiritualiteit met zijn Bijbellezing vanuit en dicht bij het leven, en evangelisatie vanuit de kerkelijke basisgemeenschappen en de voorkeursoptie voor de armen. In het bisdom Antwerpen bestond een grote openheid voor uitzending van diocesane 'fidei donum'-priesters. Ook ik kreeg van bisschop Paul Van den Berghe de toestemming te vertrekken en in te gaan op de concrete vraag uit het bisdom Puno in Peru."
"De priester-in-zending stelt zich uitdrukkelijk ten dienste van de wereldkerk. Hij wil de wederkerigheid in solidariteit tussen de zusterkerken concreet beleven en is bereid zich in te zetten in priesterarme gebieden, op plaatsen waar niemand anders naar toe trekt. Vanuit die grote beschikbaarheid wil hij zich in de plaatselijke cultuur inleven en daar voldoende tijd voor vrij maken in afspraak tussen de bisschoppen van de beide zusterkerken, het bisdom van uitzending en het bisdom waar hij pastoraal actief is," zegt Jef Van Den Ouweland. Hij verwijst naar de specifieke rol van COPAL in het uitdragen van de 'Fidei Donum'-gedachte: "COPAL of het College voor Latijns-Amerika in Leuven heeft een unieke rol gespeeld in het uitdragen en concreet invullen van de 'Fidei Donum'-gedachte. COPAL, gesticht in 1953, liep in wezen al vooruit op de encycliek van Paus Pius XII, die verschenen is op 21 april 1957. (Binnenkort is deze Encycliek op deze site opgenomen) In eerste instantie was COPAL een seminarie voor opleiding van priesters die naar Latijns-Amerika werden gezonden. Kort nadien zou er ook een afdeling bijkomen voor de uitzending van geëngageerde leken: 'SLA' of 'Samenwerking Latijns-Amerika' genoemd. Door de originele intuïties van zijn ontstaansgeschiedenis - Fidei Donum avant la lettre - legde COPAL altijd heel eigen accenten. Zo werd sterk benadrukt dat de uitgezonden priester een grote beschikbaarheid aan de dag zou leggen om deel uit te maken van de plaatselijke kerkgemeenschap, met al zijn wel en wee en meestal in materieel erg arme omstandigheden. Terwijl in andere landen meer de nadruk gelegd werd op het vervullen van een tijdelijk contract, koos COPAL voor meer langdurige inzet die tegelijk ook ingrijpender zou zijn, zowel voor de priester in kwestie alsook voor de beide betrokken bisdommen. Daardoor speelden de Belgische priesters-in-zending vaak, en dat tot op vandaag, een belangrijke rol in de opbouw van de plaatselijke kerk. Bij mijn bezoeken vanuit COPAL aan de vele projecten in Latijns-Amerika kwam ik erg onder de indruk van het prachtige wer k van ieder van hen. Verschillende collega´s zijn gerenommeerde professoren aan universiteiten, belangrijke figuren in de kerkelijke basisbewegingen, of geven diepgang aan de eigen Latijns-Amerikaanse theologie zoals bv. Joseph Comblin."
"Ik ben werkzaam in een onherbergzaam gebied in het bisdom Puno in het zuiden van Peru, als pastor van 2 uitgestrekte parochies: 'San Ignacio de Loyola' van Ichuña en 'San Antonio de Esquilache' met in totaal een 40-tal dorpjes of plaatselijke gemeenschappen. Het gaat om herders met alpaca´s, lama´s en schapen in gebieden tot op 4500 meter hoogte, en om campesinos in de prachtige Rio Tambo-vallei met zijn eeuwenoude andenes of terrassen op een hoogte van om en bij de 3750 meter boven de zeespiegel. Het pastorale werk bestaat in het bezoeken, animeren en begeleiden van de verschillende gemeenschappen, sacramentenpastoraal, en versterken van alles wat volksorganisaties is - met een groot respect voor de eigen culturele context en patrimonium. De eigen wortels van de Quechua-indianen en de christelijke traditie zijn doorheen ruim 500 jaar evangelisatie met elkaar verstrengeld geraakt in een heel uniek samenspel met veel rituelen, volksdevoties en volksemoties. Om de migratie van voornamelijk jongeren naar de steden tegen te gaan, hebben we in deze streek, door de Peruaanse staat in 1995 erkend als gebied van extreme armoede, zowel een officiële technische als een pedagogische hogeschool opgericht op basis van een samenwerkingsakkoord tussen het ministerie van Onderwijs en het bisdom Puno. Het zijn staatsinstellingen maar met het karakter van katholiek onderwijs. De naam 'Alianza Ichuña-Bélgica' duidt op het grote ondersteunende netwerk in Vlaanderen. In de studierichtingen krijgen intercultureel onderricht en herwaardering van de indianentalen Quechua en Aymara veel gewicht. Een van de belangrijkste problemen is dat er geen eensgezindheid bestaat rond de grammaticaregels, zodat in sommige delen van het taalgebied er vijf klinkers gehanteerd worden en in andere slechts drie. Ons pedagogisch instituut verricht op dit gebied baanbrekend werk en werd door het nationale ministerie van Onderwijs uitgenodigd om een 700-tal onderwijzers in zuidelijk Peru bij te gaan scholen in de meest afgelegen plaatselijke schooltjes. Het is de bedoeling hen te begeleiden in intercultureel samenleven en het onderwijs aan de kinderen, naast het Spaans, ook te geven in het Quechua en het Aymara."
De integratie van Van Den Ouweland in het gastbisdom verliep naar eigen zeggen goed, al was de situatie bij zijn eerste vertrek in 1985 gekleurd door geweld omwille van het gewapende conflict met de maoïstisch gekleurde guerrillabeweging 'Lichtend Pad'. "Mijn eerste parochie San Antón was gelegen in wat toen genoemd werd 'bevrijd gebied' met een onvoorstelbare complexe realiteit en alle gevolgen van dien. Het was daarom ook een erg moeilijke tijd, ook al is de integratie in de parochie en de gemeenschappen heel goed en vlot verlopen. De mensen hebben me met open armen ontvangen, ook later in mijn huidige parochiegemeenschappen van Ichuña en Juncal."
"De wederkerigheid en spirituele verbondenheid tussen zusterkerken is een uniek en concreet gebeuren met veel kansen voor uitwisseling en wederkerigheid doorheen bezoekers, solidariteit, en spirituele verrijking. Dat mochten we voluit ervaren doorheen de betrokkenheid van verschillende parochies, ngo´s, scholen, hospitalen en een ruim netwerk van solidariteit in de Vlaamse Kerkgemeenschap. Het is een gebeuren dat uitdeint over de jaren heen. Ik geloof dat de spirituele rijkdom van onze gastkerk hier, met een doorleefd en gemotiveerd geloven, zowel individueel als collectief beleefd, een meerwaarde kan bieden aan onze vaak te intellectueel, individueel en rationeel gerichte geloofsbeleving in Europa. Ook het respect voor de plaatselijke culturele context en de Latijns-Amerikaanse theologie met Bijbellezing vanuit het leven kunnen zeker een verrijking bieden voor de Kerk in Vlaanderen en de universele Kerk", besluit Jef Van Den Ouweland.
Bron: Kerknet.be
Publicatiedatum: 19 april 2007
Laatst bewerkt: 12 februari 2020