• Database vol kerkelijke documenten
  • Geloofsverdieping
  • Volledig in het Nederlands
  • Beheerd door vrijwilligers

Zoeken in kerkelijke documenten en berichten

x

Toelichting bij Graves de Communi Re

(Ecclesia Docens) - De encycliek Paus Leo XIII - Encycliek
Rerum Novarum
Over kapitaal en arbeid
(15 mei 1891)
, door Leo XIII op 15 Mei 1891 uitgevaardigd, had aan de katholiek sociale actie een machtige stoot gegeven. De paus wijst daarop in Paus Leo XIII - Encycliek
Graves de Communi Re
Over de christelijke democratie (18 januari 1901)
van het document, dat we als eerste in dit deeltje onzer reeks opnieuw publiceren: de encycliek Paus Leo XIII - Encycliek
Graves de Communi Re
Over de christelijke democratie (18 januari 1901)
.

De sociale beweging had onder de katholieken verschillende benamingen gekregen, zoals in Paus Leo XIII - Encycliek
Graves de Communi Re
Over de christelijke democratie (18 januari 1901)
en Paus Leo XIII - Encycliek
Graves de Communi Re
Over de christelijke democratie (18 januari 1901)
wordt aangegeven. Daaronder had vooral in België, Frankrijk en Italië de naam „Christelijke Democratie" nog al ingang :gevonden, maar ook veel tegenstand ontmoet De eerste, die deze naam gebruikt heeft, schijnt geweest te zijn de bekende socioloog, prof. Pottier te Luik. Zie Jos. Schmidlin, Papstgeschichte der Neuesten Zeit, II p. 381, voetnoot 59.. Dit is geen wonder. Het woord democratie kon inderdaad gemakkelijk aanleiding geven tot verscheiden misvattingen, waarvan er in Paus Leo XIII - Encycliek
Graves de Communi Re
Over de christelijke democratie (18 januari 1901)
door de paus enige worden opgesomd. Het valt verder niet te ontkennen, dat onder degenen, die de naam Christelijke Democratie gebruikten en zichzelf Christen Democraten noemden, zich wel personen bevonden, ook uit de geestelijkheid, die niet geheel vrij waren van demagogische en met de juiste leer omtrent het gezag strijdige tendenzen. Men denke o.a. aan de bewegingen van Adolf Daens in België en van Romolo Murri in Italië, wiens beweging zich ook Democrazia christiana noemde, maar die later in modernistisch vaarwater geraakte.

Wat Leo XIII betreft, deze had tegen de benaming Christelijke Democratie, mits goed opgevat, geen bezwaar. Zo had hij in een audiëntie, op 8 October 1898 verleend aan 2000 Franse arbeiders, die onder aanvoering van de bekende Léon Harmel naar Rome waren gekomen, de naam Christelijke Democratie, waarvan Harmel een voorstander was Getuige zijn in 1897 te Parijs verschenen werk: La démocratie chrétienne., tegelijk aanvaard en verklaard. In zijn antwoord op het adres der pelgrims zeide hij o.a.: „Indien de democratie zich laat leiden door de lessen van het verstand, dat door het geloof wordt voorgelicht; indien ze, op haar hoede voor schijnschone en opruiende theorieën, het verschil van rangen en standen met godsdienstige berusting en als een feitelijke noodzakelijkheid aanvaardt; indien ze bij het zoeken naar de mogelijke oplossingen van de talrijke sociale problemen, die zich van dag tot dag voordoen, geen ogenblik de regels van die bovenmenselijke liefde, die Jesus Christus tot het karakteristieke kenmerk van de Zijnen verklaard heeft, uit het oog verliest; indien in één woord de democratie christelijk wil zijn: dan zal ze aan uw land een vreedzame, voorspoedige en gelukkige toekomst brengen. Maar als ze haar vertrouwen stelt op een socialistische omwenteling; als ze, misleid door dwaze hersenschimmen, zichzelf bezig houdt met eisen, die de fundamentele wetten, waarop de hele burgerlijke orde berust, vernietigen, dan zal het onmiddellijk resultaat juist voor de arbeidende klasse slavernij, ellende en ondergang zijn." De hele toespraak van den paus staat bij Desclée, VII, 196 e.v. Men houde in het oog, dat, als Leo XIII over „socialisme" spreekt, hij het marxistische socialisme van zijn tijd bedoelt. Dit is zo goed als identiek met het tegenwoordige communisme. Hoe terecht de paus van de doorvoering van dàt socialisme als onmiddellijk resultaat juist voor de arbeidende klasse de diepste ellende voorspelde, bewijst het tegenwoordige Rusland met zijn satellietstaten
Toch bleef de naam aanstoot geven en was hij aanleiding tot menigmaal heftige polemieken, waarbij ook de zaken wel eens minder juist werden voorgesteld.

Leo XIII volgde de sociale bewegingen en de discussies met grote aandacht en meende ten slotte te moeten ingrijpen. Hij benoemde een commissie van kardinalen Het waren de kardinalen Rampolla, Jacobini, Parocchi, Ferrata en Agliardi. om de verschillende, met de naam samenhangende vraagstukken te onderzoeken. Intussen verbood hij, dat op het in 1900 te Rome gehouden nationaal congres der sociale actie over de disputen zou worden gesproken.

Op 18 Januari 1901 verscheen de in uitzicht gestelde Paus Leo XIII - Encycliek
Graves de Communi Re
Over de christelijke democratie (18 januari 1901)
.
In het eerste gedeelte daarvan verdedigt de paus voor de katholiek sociale actie de naam van Christelijke Democratie, maar geeft tegelijk aan, hoe men deze naam heeft te verstaan. Overigens blijkt uit
Paus Leo XIII - Encycliek
Graves de Communi Re
Over de christelijke democratie (18 januari 1901)
, dat Leo aan de naam niet zo veel hecht. Deze heeft dan ook buiten Italië, Frankrijk en België zo goed als :geen ingang gevonden en schijnt in de genoemde landen ook in onbruik te zijn geraakt.
Veel meer kwam het voor de paus aan op de zaak, op het doel en het werk der sociale actie en op de medewerking van alle katholieken daaraan. Daarom maakte hij van de hem geboden gelegenheid gebruik om ook daarover behartigenswaardige dingen te zeggen, die ook thans nog hun actualiteit niet geheel hebben verloren.

De Paus Leo XIII - Encycliek
Graves de Communi Re
Over de christelijke democratie (18 januari 1901)
deed niet alle misverstanden onmiddellijk ophouden. Vooral in Italië ontstonden weer discussies omtrent de ware zin van sommige passages der encycliek. Dit was aanleiding, dat op last van de paus door de Congregatie voor buitengewone kerkelijke aangelegenheden een instructie aan het Italiaans episcopaat werd gezonden. Deze instructie, Nessuno ignora, van 27 Januari 1902, verklaarde wat de encycliek Paus Leo XIII - Encycliek
Graves de Communi Re
Over de christelijke democratie (18 januari 1901)
betreft voornamelijk hetgeen in Paus Leo XIII - Encycliek
Graves de Communi Re
Over de christelijke democratie (18 januari 1901)
gezegd wordt aangaande het niet-politieke karakter der Christelijke Democratie. Haar „instellingen, van welke aard ze ook zijn,... mogen niet gehouden worden voor middelen tot bereiking van politieke doeleinden of ,bestemd om een verandering van regeringsvorm te bewerken." Ook omtrent verschillende andere punten worden wenken of voorschriften gegeven. Daar deze instructie over de encycliek feitelijk niets nieuws zegt, leek het ons overbodig ze hier op te nemen. Men kan ze vinden bij Desclée VIII p. 65 e.v.

Eén opmerking moeten we nog maken. Wanneer Leo XIII in dit en in andere dergelijke stukken spreekt over socialisme en socialisten, dan moet men zijn woorden verstaan van het socialisme, zoals dat in zijn tijd nog was. Men mag dus zijn woorden niet zo maar op het tegenwoordige socialisme toepassen. Hieromtrent zie men o.a. de encycliek Paus Pius XI - Encycliek
Quadragesimo Anno
Over de aanpassing van de sociale orde
(15 mei 1931)
(7)
 

Publicatiedatum: 18 januari 1901
Laatst bewerkt: 2 december 2024


 

Uw bijdrage

RK Documenten wordt volledig beheerd door vrijwilligers. Om deze site te bekostigen zijn we afhankelijk van uw hulp.

Algemeen nut beogende instellingen

Help ons en doneer!

Uw donatie zal worden verwerkt door Stg. Mollie Payments.
RK Documenten wordt mogelijk gemaakt door donaties van gebruikers.
© 1999 - 2025, Stg. InterKerk, Schiedam, test