Paus Franciscus heeft via een Paus Franciscus - Rescript
Rescriptum ex Audientia Ss.mi - waarmee de H. Vader toevoegd aan de orde van Bisschoppen, hen gelijkstellend aan de Kardinalen die de titel van suburbicaire Bisdommen bezitten, de Kardinalen Parolin, Sandri, Ouellet, Sandri en Filoni
(26 juni 2018) het aantal van zes Kardinaal-Bisschoppen gewijzigd en vier nieuwe aan toegevoegd. Omdat het Kardinalencollege aanmerkelijk is vergroot met Kardinaal-diakens en Kardinaal-priesters, maar waarbij het aantal Kardinaal-Bisschoppen niet gewijzigd was, heeft Paus Franciscus besloten deze laatste groep via een aparte 'promotie' te vergroten met enkele hoofden van de belangrijkste Curie-departementen. Het zijn
De andere Kardinaal-Bisschoppen en hun titel-diocesen zijn:
De Kardinaal-Bisschoppen van de 6 suburbicaire Kerken kiezen uit hun midden de deken voor het hele Kardinalencollege. De deken van het Kardinalen-college is tevens Kardinaal-Bisschop van Ostia maar behoud zijn oorspronkelijke titelkerk uit de tijd dat hij Kardinaal-priester was. Eén van zijn belangrijkste taken is het bijeenroepen van een conclaaf. Omdat voor deze taak het ook noodzakelijk is dat hij een Kardinaal-elector (kiesgerechtigd, dus nog geen 80 jaar oud) is neemt de oudste Kardinaal van de onder 80-jaar zijn plaats in om de beraadslagingen voorafgaand aan het conclaaf te leiden. Vöór het verschijnen van het Paus Franciscus - Rescript
Rescriptum ex Audientia Ss.mi - waarmee de H. Vader toevoegd aan de orde van Bisschoppen, hen gelijkstellend aan de Kardinalen die de titel van suburbicaire Bisdommen bezitten, de Kardinalen Parolin, Sandri, Ouellet, Sandri en Filoni
(26 juni 2018) zou dat Kardinaal Raï zijn geweest, maar hij is geen Kardinaal-Bisschop van een suburbicaire Kerk. Na het het Paus Franciscus - Rescript
Rescriptum ex Audientia Ss.mi - waarmee de H. Vader toevoegd aan de orde van Bisschoppen, hen gelijkstellend aan de Kardinalen die de titel van suburbicaire Bisdommen bezitten, de Kardinalen Parolin, Sandri, Ouellet, Sandri en Filoni
(26 juni 2018) is Kardinaal Parolin nu in geval van een conclaaf de voorzitter van de beraadslagingen.
Kardinalen worden "gecreëerd" door de Paus. Het waren vroeger degenen die aan het hoofd stonden van de voornaamste (de "cardines") kerken van de stad Rome, de "kardinalen". Later is de naam losgemaakt en gegeven aan de hoogste geestelijken die de Paus bijstaan in het bestuur va de Kerk. Paus Pius V reserveerde het gebruik van de naam 'kardinaal' voor de zes Bisschoppen die tot de kerkprovincie van Rome, de 'suburbicaire bisdommen, waarvan Rome het aartsbisdom is en tot een beperkt aantal kerken in de stad Rome, de zogenaamde 'titelkerken', voor kardinaal-priesters en kardinaal-diakens. Later (in 1965) werden ook enkele belangrijke patriarchen van de geünieerde Oosterse Kerken verheven tot kardinaal-Bisschop, maar met behoud van hun oorspronkelijke patriarchaat en zijn daarom 'Kardinalen van de H. Kerk', ter onderscheiding van de andere "Kardinalen van de H. Romeinse Kerk". De patriarchen hebben geen passief en actief stemrecht (kunnen niet kiezen en kunnen niet gekozen worden) in het kiezen van de deken van het Kardinalencollege. In het Wetboek
Codex Iuris Canonici
Codex van het Canonieke recht
(25 januari 1983) worden enige zaken rond Kardinalen geregeld.
Het kardinalencollege is verder verdeeld in kardinaal-diakens en kardinaal-priesters. Vooral zij die aan de Romeinse Curie werkzaam zijn, zijn veelal kardinaal-diakens. Zij kunnen na 10 jaar een 'promotie' maken naar kardinaal-priester.
Kardinaal-priester op het moment van creatie tot kardinaal zijn veelal buiten Rome residerende Bisschoppen. En daaraan toegevoegd kunnen dus worden zij die vanuit de rang van kardinaal-diaken verheven worden tot kardinaal-priester.
Zie ook bericht: 07-01-2012 125 stemgerechtigde kardinalen
Publicatiedatum: 26 juni 2018
Laatst bewerkt: 2 juli 2018