BRUSSEL (KerkNet/Zenit 22-11-2003) De karmeliet Castellano, een theoloog en raadgever van het Vaticaan, zegt in een terugblik op het 'Jaar van de Rozenkrans' dat een jaar op zich onvoldoende is. Het Pauselijke schrijven 'H. Paus Johannes Paulus II - Apostolische Brief
Rosarium Virginis Mariae
Over de allerheiligste Rozenkrans
(16 oktober 2002)' over de rozenkrans kan volgens hem op een grote respons rekenen en de oproep werd alom sterk beleefd en geapprecieerd, in het bijzonder wegens haar theologisch-spirituele benadering. Castellano beschouwt het document dan ook als de verderzetting van 'H. Paus Johannes Paulus II - Apostolische Brief
Novo millennio ineunte
Een nieuw millennium
(6 januari 2001)'. Hij is vooral lovend over de theologische en spirituele benadering van het rozenkransgebed door de Paus.
Volgens Castellano zijn ook de nieuwe mysteries van het licht, die de Paus aan het rozenkransgebed liet toevoegen, met enthousiasme verwelkomd. "Dat komt omdat daarmee een lacune wordt opgevuld en een mogelijkheid wordt geboden om tot het Christusmysterie door te dringen via het doopsel, de gedaanteverandering, de bruiloft van Kana - een van de mysteries waar Maria aanwezig is - het Laatste Avondmaal en de instelling van de Eucharistie."
Alleen is een 'Jaar van de Rozenkrans' op zich onvoldoende om die rijke inhoud van 'H. Paus Johannes Paulus II - Apostolische Brief
Rosarium Virginis Mariae
Over de allerheiligste Rozenkrans
(16 oktober 2002)' te laten doordringen. Dat zal blijvende inzet voor de aanvaarding van de brief en het doorgeven van de inhoud daarvan aan de volgende generaties vereisen.
Een enkel minpunt van het 'Jaar van de Rozenkrans' noemt Castellano het ontbreken van zichtbare tekens: "Zo is bijvoorbeeld in Rome geen Mariacongres georganiseerd waarin de rozenkrans centraal stond. Er waren wel vele plaatselijke manifestaties, maar een toonaangevend wetenschappelijk congres ontbrak."
Publicatiedatum: 22 november 2003
Laatst bewerkt: 25 november 2017