BRUSSEL(KerkNet/Rkk.nl - gewijzigd) – Paus Franciscus heeft beslist dat de publieke plechtigheid voor de oplegging van het pallium wordt afgeschaft. De nieuwe aartsbisschoppen reizen nog wel naar Rome om op het Hoogfeest van Petrus en Paulus (29 juni) te concelebreren met de Paus en deel te nemen aan de zegening van de pallia. Daarna krijgen ze "in een private handeling" het pallium aangereikt door de Paus. Het pallium wordt vervolgens in hun eigen aartsbisdom opgelegd door de Pauselijke nuntius in aanwezigheid van de Bisschoppen en gelovigen van de suffragaan Bisdommen (Bisdommen die binnen het metropolitaan gebied van het Aartsbisdom vallen, zo zijn in Nederland alle B isdommen 'suffragaan Bisdommen' van het Artrsbisdom Utrecht).
Volgens mgr. Guido Marini in een interview voor Radio Vaticana wil de Paus daarmee de betrokkenheid van de plaatselijke kerkgemeenschap bevorderen en de “synodaliteit in de Kerk” benadrukken. Sinds het pontificaat van Johannes Paulus II kwamen nieuwe metropolieten gezamenlijk naar Rome. Daar kregen zij van de Paus het pallium opgelegd bij aanvang van de pontificale hoogmis van het hoogfeest van Petrus en Paulus op 29 juni in de Sint-Pietersbasiliek.
Een pallium is een een witwollen, met zwarte kruisjes versierde schouderband die de Pauselijke macht en de verknochtheid van de kerkprovincies aan de Heilige Stoel symboliseert. Het is ook een teken van de macht en de jurisdictie van de aartsbisschop in zijn aartsbisdom en de andere bisdommen van zijn kerkprovincie. Alleen de Paus en de aartsbisschoppen (maar alleen in hun eigen kerkprovincie) mogen een pallium dragen.
Het besluit werd bekendgemaakt aan de apostolische nuntii in landen waar een nieuwe metropoliet is aangetreden, door mgr. Guido Marini, de Pauselijke ceremoniemeester. Dat deed hij in een brief, gedateerd op 12 januari. Hij schrijft dat de nieuwe gang van zaken van groot belang is voor de betekenis van de lokale kerk. Paus Franciscus acht het volgens hem noodzakelijk om de bisschoppelijke collegialiteit in het bestuur van de universele kerk – “de tocht van de synodaliteit in de Katholieke Kerk” – te benadrukken.
Het pallium werd ooit in Rome opgelegd door een kardinaal-diaken; buiten Rome gebeurde dat door een bisschop. In beide gevallen vond de ceremonie plaats na de eucharistieviering en een eedaflegging. Door de liturgievernieuwingen van het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965) kwam daar verandering in. Voortaan zou het pallium bij de metropoliet worden opgelegd bij aanvang van de plechtigheid waarin deze bezit nam van diens aartsbisschoppelijke zetel. Paus Johannes Paulus II en paus Benedictus XVI hebben zich daar echter nooit aan gehouden. Zij lieten de metropolieten die zij hadden benoemd, collectief naar het Vaticaan komen, waar zij hun op 29 juni het pallium oplegden.
Zegening op Petrus & Paulus
Bij de nieuwe gang van zaken zal de paus voortaan de pallia op 29 juni zegenen. Daarna zullen ze worden overgebracht naar de landen waar het jaar daarvoor een nieuwe metropoliet is aangetreden. Ook is het mogelijk dat de Heilige Vader het pallium in een privéontmoeting overhandigt. Maar het is de apostolische nuntius (pauselijk ambassadeur) die namens de paus officieel de witte schouderband oplegt in aanwezigheid van de suffragaanbisschoppen van de betreffende kerkprovincie.
Publicatiedatum: 29 januari 2015
Laatst bewerkt: 26 maart 2015