In zijn homilie tijdens de viering van Aswoensdag, vandaag, heeft Paus Franciscus aan de hand van de lezingen van de liturgie benadrukt dat de oproep van de profeet Joël en daarmee de oproep die de vastenperiode tot ons richt de bedoeling heeft ons wakker te schudden. “Er is iets mis met ons!”. Wij moeten met ons hele hart terugkeren tot God.
In het Mattheüs-evangelie zijn de drie waarmerken van de veertigdagen tijd terug te vinden: gebed, vasten en aalmoezen. “Gebed is de kracht van de christen en van elke gelovige persoon. .. We zijn geroepen om in de zee van het gebed te duiken die de zee is van Gods grenzeloze liefde, om zijn tederheid te ervaren.”
Vasten betekent voor de Paus: “kiezen voor een sober leven, dat niet verspilt en niet afdankt. Het help ons het hart te oefenen voor het essentiële en het delen.” Aalmoezen geven “helpt ons de onbaatzuchtigheid van de gave te beleven, dat is vrij zijn van de obsessie om dingen te hebben, vrijheid van de angst te verliezen wat men heeft, van het verdriet van hen die hun welstand niet wensen te delen met anderen.” De Vastentijd met zijn roep om bekering komt ons volgens de Paus “op een providentiële manier wekken, ons wakker te schudden uit onze verdoving.”
“Waarom moeten we ons met heel ons hart tot God keren? Omdat er iets mis is met ons, met de samenleving en met de Kerk en we moeten veranderen, de dingen omdraaien, tot inkeer komen. … Het is mogelijk om iets nieuws te realiseren omdat God trouw is, niet ophoudt vol goedheid en barmhartigheid te zijn en altijd bereid om te vergeven en weer van voor af aan te beginnen. Laten we met dit kinderlijk vertrouwen verder gaan op onze weg.”
Bron: Radio Vaticana / rorate.com
Publicatiedatum: 5 maart 2014
Laatst bewerkt: 6 maart 2014
