H. Paus Johannes Paulus II - 17 april 2003
De Eucharistie schept gemeenschap en koestert gemeenschap. De heilige Paulus schreef aan de gelovigen van Korinte om uit te leggen hoe hun tegenstellingen, die in hun eucharistische bijeenkomsten zichtbaar werden, in tegenspraak waren met hetgeen zij aan het vieren waren, de maaltijd des Heren. Dus nodigde de apostel hen uit om zich te bezinnen over de ware werkelijkheid van de Eucharistie om terug te keren tot de geest van broederlijke gemeenschap. Vgl. 1 Kor. 11, 17-34 De heilige Augustinus gaf een treffende weerklank van deze oproep toen hij, na een verwijzing naar de woorden van de apostel: "U bent het lichaam van Christus, en ieder van u is van dit lichaam een onderdeel" (1 Kor. 12, 27) verder ging: "Als jullie zijn lichaam zijn en ledematen van Hem, dan zullen jullie op de tafel van de Heer jullie eigen mysterie opgesteld vinden. Ja, jullie ontvangen je eigen mysterie." H. Augustinus, Preken, Sermones. 272, in: PL 38, 1247 En op grond van deze waarneming besluit hij: "Christus de Heer ... heiligde aan deze tafel het mysterie van onze vrede en eenheid. Al wie het mysterie van de eenheid ontvangt zonder de banden van de vrede te bewaren ontvangt geen mysterie voor zijn welzijn, maar een bewijs tegen zichzelf." H. Augustinus, Preken, Sermones. 272, in: PL 38, 1248