
H. Paus Johannes Paulus II - 29 april 1983
Dierbare vrienden in onze Heer Jezus Christus,
Het is al bijna een jaar geleden, dat ik het genoegen had sommigen van u voor een korte discussie te ontmoeten in de woning van de deken van Canterbury, maar de herinnering aan die dag - eigenlijk aan al die dagen in Brittannië - is nog vers in mijn geest. Overal waar ik ging was de 'oecumenische dimensie niet alleen maar een soort bijkomend extra; ze was een integraal deel van de gebeurtenissen van die dagen en toonde duidelijk, zoals ik spoedig na mijn terugkeer naar Rome opmerkte, dat 'het christendom in Groot-Brittannië een belangrijk oecumenisch terrein is' H. Paus Johannes Paulus II, Audiëntie, Over de recente reis naar Groot Brittannië, Schotland en Wales (9 juni 1982), 8
En nu bent u in antwoord op de uitnodiging die ik op die bijeenkomst in Canterbury tot u richtte naar Rome gekomen om bij deze gelegenheid 'verder te bouwen op de grondslagen die ... zo gelukkig zijn gelegd' H. Paus Johannes Paulus II, Toespraak, Canterbury ( Engeland), Tot de leiders van de christelijke gemeenschappen (29 mei 1982) Hiervoor dank ik u zeer oprecht; ik weet dat u allen veeleisende verantwoordelijkheden hebt en dat het voor u allen niet gemakkelijk kan zijn geweest om wederzijds gelegen data te vinden om op deze wijze hier samen te komen voor een reeks ontmoetingen met het Secretariaat voor de bevordering van de eenheid der christenen en met enige andere diensten van de Romeinse curie. U hebt deze ontmoetingen zorgvuldig voorbereid in een reeks beraadslagingen tussen de leiders van de Britse kerken die verenigd zijn in de Britse Raad van Kerken en de vertegenwoordigers die door de twee bisschoppenconferenties van Groot-Brittannië zijn benoemd om u te vergezellen. Ik durf hopen dat deze voorbereidende samenwerking zelf zal bewijzen een bijdrage te hebben geleverd aan de groei van een nauwere betrekking tussen de kerken die u vertegenwoordigt en de katholieke kerk in uw landen.
De onderwerpen welke onze discussies u ertoe hebben gebracht voor deze ontmoetingsweek voor te stellen, zijn een nauwkeurige weergave van het stadium dat wij nu hebben bereikt op onze gezamenlijke pelgrimstocht naar het herstel tussen ons van de eenheid die God wil. Reeds door ons ene doopsel staan wij in een gemeenschap die reëel is, maar deze gemeenschap tussen ons is nog niet volledig en volmaakt. Als wij samen getuigenis proberen af te leggen, brengen wij die graad van doopseleenheid tot uitdrukking en versterken die, welke de genade van God ons reeds in staat stelt te genieten. En als wij de andere kwesties en problemen onderzoeken die zich voordoen als wij proberen samen te groeien - en die we scherper voelen als we dichter naar elkaar groeien - erkennen we nederig at onze reis nog niet volbracht is en dat we op onze reis volledig Gods genade -nodig hebben, een genade waarop wij zeer zeker aankunnen, 'zo 'groot is ons Godsvertrouwen, dank zij Christus' (2 Kor. 3, 4).
Het is betekenisvol, dat het christelijk getuigenis voor de vrede een eerste plaats op uw programma moest hebben, want dit is ongetwijfeld een uiterst dringend probleem dat de kerk en de hedendaagse wereld onder ogen moeten zien. Maar de tijd staat me niet toe om opmerkingen te maken over de afzonderlijke onderwerpen die u hebt bediscussieerd. Ik zou u graag een gedachte voorleggen die misschien meer algemeen, maar toch zeer praktisch is, daar ben ik zeker van.
Het werk voor de christelijke eenheid heeft een onloochenbare en onvervangbare plaatselijke hoedanigheid, zijn eigen middelen en zijn eigen initiatieven in antwoord op de plaatselijke omstandigheden. Maar het moet tegelijkertijd bedacht zijn op heel de oikoumene; anders zal het zijn echte doel niet bereiken.
Daarom heeft de katholieke bisschoppenconferentie in uw eigen land de taak om de desbetreffende beslissingen te . nemen in vele vragen van gemeenschappelijk christelijk belang en in grotere zaken dit in overleg met de Heilige Stoel te doen om hun gemeenschapsband te waarborgen en te versterken met hun medebisschoppen en met de bisschop van Rome die geroepen is de eenheid van allen te dienen. Maar in dergelijke zaken van algemeen belang handelen ze ook in overleg met de leiders van andere gemeenschappen, en ik ben blij te weten, dat er in de landen waaruit u komt, plannen zijn tot nauwer overleg over sommige van de fundamentele kwesties welke alle christenen tegenwoordig onder ogen moeten zien en over de manier om de plaatselijke vooruitgang van de oecumenische beweging te waarborgen. Alle christelijke wereldgemeenschappen die u vertegenwoordigt, zijn op internationaal niveau reeds in dialoog met de katholieke kerk. Deze dialogen kunnen in verschillende stadia van ontwikkeling zijn, maar alle hebben hetzelfde doel en alle leggen ons nu de verplichting op tot samenwerking in zover wij kunnen, door Christus en zijn vrede aan onze verdeelde wereld te brengen, en ons daartoe volledig te verlaten op de waarheid van het Evangelie. Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Toespraak, In de Kathedraal van Canterbury, Gemeenschappelijke verklaring van Paus Johannes Paulus II en aartsbisschop Runcie van Canterbury (29 mei 1982)
Bij deze internationale discussies hebben verschillende belangrijke studies zich geconcentreerd op de beginselen van het gemeenschappelijk getuigenis, en er moet daaraan een concrete vorm worden gegeven in antwoord op de noden van elk land en iedere plaats. In de landen vanwaar u komt, geven de punten die u voor de discussie hier hebt gekozen - vrede, de fundamentele idealen van een christelijk huwelijk, de taak van de christen in dialoog met andere geloofsovertuigingen - hoop op een werkelijke vooruitgang in een gemeenschappelijk werk; en een vooruitgang hierin zal zeker door de genade van God ons gemeenschappelijk verlangen naar ware eenheid versterken en ons in staat stellen om in volledige trouw aan Hem voort te gaan naar een oplossing van deze fundamentele oecumenische kwesties, waarvan u hebt gesproken.
In dit licht zie ik uw huidige bezoek aan Rome. Wanneer ik terugkijk op mijn bezoek aan Brittannië vorig jaar, ben ik me bewust van hoeveel voordeel ik heb gehad van enige persoonlijke ervaring van het christelijk leven daar, niet het minst van de hoedanigheid van de betrekkingen tussen christenen van alle belijdenissen. Op dezelfde manier hoop ik, dat uw ervaring van deze paar dagen in Rome zal bijdragen tot een ruimer begrip, dat zal leiden tot een nauwere samenwerking in uw eigen landen, een samenwerking welke ook elders zijn gevolgen zal hebben, 'dan zal de naam van onze Heer Jezus in u verheerlijkt worden - en gij in Hem' (2 Tess. 1, 12).
U weet dat de katholieke kerk een bijzonder jubileumjaar viert van de verlossing welke eens en vooral door Jezus Christus is voltrokken in zijn dood en verrijzenis. Uzelf bent betrokken bij de laatste voorbereidingen voor de assemblee in Vancouver over het thema 'Jezus Christus, het leven van de wereld'. Moge onze enige Verlosser, Jezus Christus, het leven van de wereld, ons allen zegenen en ons in staat stellen zijn waardige werktuigen te zijn, wanneer wij de eenheid van zijn kerk en de eenheid van de hele mensheid trachten te dienen, waarvoor Hij zijn kostbaar bloed vergoot op het kruis 'om alles in de hemelen en op de aarde te verzoenen, door Hem alleen' (Kol. 1, 19). 'Hem zij de heerlijkheid tot in de eeuwen der eeuwen! Amen' (Hebr. 13, 21).