• Database vol kerkelijke documenten
  • Geloofsverdieping
  • Volledig in het Nederlands
  • Beheerd door vrijwilligers

Zoeken in kerkelijke documenten en berichten

x

GEBED 23. - BIDDEN IN DE LITURGIE
Catechesereeks over het gebed - Bibliotheek van Apostolisch Paleis

Geliefde broeders en zusters, goedendag!

In de loop van de kerkgeschiedenis heeft men herhaaldelijk de bekoring vastgesteld om een intimistisch christendom te beleven dat aan de publieke liturgische rituelen niet hun spiritueel belang toekent. Vaak eiste deze tendens een aangematigde grotere zuiverheid van de godsdienst op omdat die niet afhankelijk zou zijn van uiterlijke plechtigheden die beschouwd werden als een nutteloze en schadelijke ballast. Kern van de kritiek werd niet een bepaalde rituele vormgeving of een bepaalde wijze van vieren, maar de liturgie zelf, de liturgische vorm van bidden.

Men kan inderdaad in de Kerk bepaalde vormen van spiritualiteit aantreffen die er niet in geslaagd zijn het liturgisch gebeuren passend te integreren. Veel gelovigen hebben, ondanks de trouwe deelname aan de rituelen, vooral aan de zondagsmis, de voeding van hun geloof en van hun geestelijk leven eerder geput uit andere bronnen, van devotionele aard.

De laatste jaren werd een lange weg afgelegd. De Constitutie 2e Vaticaans Concilie - Constitutie
Sacrosanctum Concilium
Over de heilige liturgie
(4 december 1963)
 van het Tweede Vaticaans Concilie is het scharnier van dit lange traject. Zij gaat, op een volledige en samenhangende wijze, uit van het belang van de goddelijke liturgie voor het leven van de christenen. Zij vinden er de objectieve bemiddeling die samenhangt met het feit dat Jezus Christus geen idee is of een gevoel, maar een levende Persoon en dat zijn Mysterie een historische gebeurtenis is. Het bidden van christenen gebeurt met concrete middelen: de Heilige Schrift, de sacramenten, de liturgische rituelen, de gemeenschap. Het christelijk leven ziet niet voorbij aan de lichamelijke en materiele werkelijkheid, want in Jezus Christus is deze de weg van de verlossing geworden. Men zou kunnen zeggen dat we ook met het lichaam moeten bidden. Het lichaam treedt binnen in het gebed.

Er bestaat dus geen christelijke spiritualiteit die niet geworteld is in de viering van de heilige geheimen. De Catechismus-Compendium
Catechismus van de Katholieke Kerk
(15 augustus 1997)
 schrijft: “De zending van Christus en van de heilige Geest, die in de sacramentele liturgie van de kerk het heilsmysterie verkondigt, actueel maakt en het meedeelt, krijgt een vervolg in het hart dat bidt”. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 2655 De liturgie is, op zichzelf, niet slechts spontaan gebed, maar iets meer en origineler: het is een gebaar dat de gehele christelijke ervaring stut en daarom is het gebed ook een gebeuren, een voorval, het is aanwezigheid en het is ontmoeting. Een ontmoeting met Christus. Bij middel van de sacramentele tekenen komt Christus in de Heilige Geest aanwezig bij middel van de sacramentele tekenen. Hieruit ontstaat voor ons, christenen, de noodzaak aan de goddelijke geheimen deel te nemen. Een christendom zonder liturgie is wellicht, ik zou haast durven zeggen, een christendom zonder Christus. Zonder de gehele Christus. Zelfs in de meest sobere ritus, zoals die welke sommige christenen gevierd hebben en vieren in hun gevangenschap of in een huis in tijden van vervolging, komt Christus werkelijk aanwezig en geeft Zich aan zijn gelovigen.

Precies omwille van haar objectieve karakter vraagt de liturgie dat zij met vurigheid wordt gevierd, zodat de in de ritus geschonken genade niet verloren gaat maar het leven van elkeen raakt. De Catechismus-Compendium
Catechismus van de Katholieke Kerk
(15 augustus 1997)
 legt dat zeer goed uit en zegt: “Het gebed maakt zich de liturgie tijdens en na de viering ervan eigen en neemt ze in zich op.” Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 2655 Veel christelijke gebeden komen niet uit de liturgie, maar alle, als ze christelijk willen zijn, veronderstellen de liturgie, dat wil zeggen: de sacramentele bemiddeling van Jezus Christus. Christus is aanwezig telkens wanneer we een Doopsel vieren, of in de Eucharistie het brood en de wijn consacreren, of het lichaam van een zieke zalven met heilige Oliesel! Christus is het die handelt en aanwezig is zoals toen Hij de ledematen van een zieke genas, of tijdens het Laatste Avondmaal zijn testament voor de redding van de wereld doorgaf.

Het gebed van de christen maakt zich de sacramentele aanwezigheid van Jezus eigen. Dat wil zeggen dat wat uitwendig is aan ons, deel van ons wordt. De liturgie drukt dat uit met het zo gewone gebaar van het eten. De Mis mag niet alleen maar “gehoord” worden. “Ik ga mis horen” is dus een verkeerde uitdrukking. De Mis kan niet alleen maar gehoord worden, alsof we toeschouwers zijn van iets dat aan ons voorbijgaat zonder ons te betrekken. De Mis wordt steeds gevierd, niet slechts door de priester die voorgaat, maar door alle christenen die haar beleven. En het centrum is Christus! Wij allen, in de verscheidenheid van gaven en bedieningen, allen sluiten we aan bij zijn optreden, want Hij, Christus, is de Hoofdpersoon van de Liturgie.

Toen de eerste Christenen hun cultus begonnen te beleven, deden ze dat door de gebaren en woorden van Christus aanwezig te stellen, door het licht en de kracht van de Heilige Geest, opdat hun leven, geraakt door de genade, het aan God aangeboden geestelijk offer zou worden. Deze aanpak betekende een echte “revolutie”. In de brief aan de Romeinen schrijft de Heilige Paulus: “En nu, broeders, smeek ik u bij Gods erbarming: wijdt uzelf aan Hem toe als een levende, heilige offergave, die Hij kan aanvaarden. Dat is de geestelijke eredienst die u past” (Rom. 12, 1). Het is de roeping van het leven eredienst van God te worden. Maar dit kan niet gebeuren zonder het gebed, in het bijzonder het liturgische gebed. Dat dit inzicht ons allen mag helpen wanneer men naar de Mis gaat. In gemeenschap ga ik bidden, ik ga bidden met Christus die aanwezig is. Wanneer we naar de viering van een Doopsel gaan, bijvoorbeeld, dan is Christus daar. Hij is het die doopt. “Maar Padre, dat is een idee, een wijze van spreken”. Neen, nee dat is geen wijze van spreken. Christus is aanwezig en in de liturgie bid jij met Christus die bij je is.

Document

Naam: GEBED 23. - BIDDEN IN DE LITURGIE
Catechesereeks over het gebed - Bibliotheek van Apostolisch Paleis
Soort: Paus Franciscus - Audiëntie
Auteur: Paus Franciscus
Datum: 3 februari 2021
Copyrights: © 2021, Libreria Editrice Vaticana / Stg. InterKerk / Nederlandse Bisschoppenconferentie
Vert. uit het Italiaans: Marcel De Pauw MSC; alineaverdeling en -nummering: redactie
Bewerkt: 3 februari 2021

Opties

Internetadres
Print deze pagina
Dit document bestellen
Startpagina van dit document
Referenties naar dit document
Referenties vanuit dit document
RK Documenten wordt mogelijk gemaakt door donaties van gebruikers.
© 1999 - 2024, Stg. InterKerk, Schiedam, test