
Luis F. Kard. Ladaria S.J. - 14 juli 2020
De Kerk bevestigt de positieve betekenis van het menselijk leven als een waarde die al door de juiste reden kan worden waargenomen en die het licht van het geloof in zijn onvervreemdbare waardigheid bevestigt en tot uitdrukking brengt. Vgl. Paus Franciscus, Toespraak, Tot de deelnemers aan het congres bij gelegenheid van 70 jarig bestaan van de Katholieke Vereniging van Italiaanse artsen - Aula Paulus VI, Abortus, euthanasie en ivf zijn "zonden tegen God" (15 nov 2014) Het is geen subjectief of willekeurig criterium; het is veeleer een criterium dat gebaseerd is op de natuurlijke onschendbare waardigheid - aangezien het leven het eerste goed is, aangezien het een voorwaarde is voor het genot van elk ander goed - en op de transcendente roeping van elk mens die geroepen is om de trinitaire liefde van de levende God te delen: Vgl. Dicasterie ter Bevordering van de Gehele Menselijke Ontwikkeling, Nieuw Handvest voor de werkers in de gezondheidszorg (6 feb 2017), 1 Vgl. Congregatie voor de Geloofsleer, Instructie betreffende zekere bio-ethische vraagstukken, Dignitas Personae (8 sept 2008), 8 "De zeer bijzondere liefde die de Schepper voor elk mens heeft, geeft hem "oneindige waardigheid". Vgl. Paus Franciscus, Encycliek, 'Wees geprezen' - over de zorg voor het gemeenschappelijke huis, Laudato Si' (24 mei 2015), 65 De onschendbare waarde van het leven is een fundamentele waarheid van de natuurlijke zedenwet en een essentieel fundament van de rechtsorde. Net zoals het niet aanvaardbaar is dat een ander mens onze slaaf is, zelfs als hij ons dat zou vragen, kunnen we er niet direct voor kiezen om actie te ondernemen tegen het leven van een mens, zelfs als hij ons dat vraagt. Het doden van een zieke die om euthanasie vraagt, betekent dus geenszins dat hij zijn autonomie erkent en uitvoert, maar integendeel dat hij de waarde van zijn vrijheid, die sterk geconditioneerd is door ziekte en pijn, en de waarde van zijn leven verkeerd begrijpt en hem elke verdere mogelijkheid van een menselijke relatie, van een gevoel van bestaan en van groei in het leven ten opzichte van God ontzegt. Bovendien wordt het moment van overlijden beslist in plaats van God. Daarom zijn "abortus, euthanasie en vrijwillige zelfmoord zelf (...) een aantasting van de menselijke beschaving en zij werpen meer een smet op hen die zich zo gedragen dan op hen die het onrecht hebben te verdragen. En zij zijn volledig in tegenspraak met de eer van de Schepper" 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk in de wereld van deze tijd, Gaudium et Spes (7 dec 1965), 27.