H. Paus Johannes Paulus II - 16 oktober 2002
ROSARIUM VIRGINIS MARIAE Over de allerheiligste Rozenkrans |
|||
► | Conclusie |
De Kerk heeft altijd bijzondere werkzaamheid toegekend aan dit gebed. Zij heeft aan het rozenkransgebed, aan het gemeenschappelijke gebed en aan de voortdurende praktijk de meest moeilijke problemen toevertrouwd. In tijden dat het christendom zelf bedreigd leek te worden, werd haar bevrijding toegeschreven aan de kracht van dit gebed en Onze Vrouwe van de rozenkrans werd aangeroepen als degene wier voorspraak redding bracht.
Vandaag vertrouw ik graag aan de kracht van dit gebed - zoals ik in het begin al heb gezegd - de wereldvrede en het gezin toe.
Het rozenkransgebed is wezenlijk een gebed voor vrede. Het gebed bestaat uit de contemplatie van Christus, de Prins van de Vrede, de enige die "onze vrede" (Ef. 2, 14) is. Ieder die zich voegt in het mysterie van Christus - en dit is duidelijk het doel van de rozenkrans - leert het geheim van de vrede kennen en maakt dit tot zijn levenswerk. Door de kracht van zijn meditatieve karakter, samen met de rustgevende opvolging van de Wees gegroeten, bereikt het rozenkransgebed bovendien een vredig effect op hen die het bidden en stelt hen open om diep van binnen de ware vrede, die een speciale gift is van de Verrezen Heer, te ontvangen, te ervaren en om zich heen te verspreiden Vgl. Joh. 14, 27 Vgl. Joh. 20, 21 .
Het rozenkransgebed is eveneens een gebed voor vrede wegens de vruchten van de liefde die het voortbrengt. De rozenkrans leidt tot een ontmoeting met Christus in Zijn geheimen, mits de rozenkrans op een werkelijk meditatieve manier wordt gebeden. Het kan op die manier niet aflaten de aandacht te vestigen op het gelaat van Christus zoals het in anderen verschijnt, in het bijzonder in de meest gekwelden. Hoe zou iemand het geheim van het Kind in Betlehem kunnen overwegen, in de blijde geheimen, zonder het verlangen te hebben om het leven te verwelkomen, te verdedigen en te bevorderen en om de last van kinderen te ondersteunen die overal ter wereld lijden? Hoe zou mogelijkerwijs iemand in de voetstappen van de Verrezen Christus, in de geheimen van het licht, kunnen treden zonder getuigenis af te leggen van Zijn 'Zaligheden' in het dagelijks leven? En hoe zou iemand Christus die het Kruis draagt en de gekruisigde Christus kunnen overwegen en niet de behoefte voelen te handelen als een 'Simon van Cyrene' voor onze broeders en zusters die door smart worden overweldigd of verpletterd onder wanhoop? Hoe zou iemand tenslotte kunnen opkijken naar de glorie van de Verrezen Heer of van Maria, de Hemelse Koningin, zonder te hunkeren om deze wereld mooier, gerechtvaardigder en meer volgens Gods plan te maken?
Kortom, door onze ogen op Christus te richten, maakt het rozenkransgebed ons ook vredestichters in de wereld. Vanuit zijn wezenlijke eigenschap als voortdurend gemeenschappelijke gebed in overeenstemming met de uitnodiging van Christus om te "blijven bidden" (Lc. 18, 1), staat het gebed ons toe om te hopen dat, zelfs vandaag de dag, de moeilijke 'strijd' voor vrede gewonnen kan worden. Het rozenkransgebed biedt geen vlucht voor de wereldproblemen, maar verplicht ons die problemen met verantwoordelijkheid en edelmoedigheid te zien. Om zo de kracht te verkrijgen om de problemen tegemoet te treden in de zekerheid dat God helpt en met de vaste overtuiging om getuigenis af te leggen van "de liefde, die de band van de volmaaktheid is" (Kol. 3, 14).
In mijn apostolische Brief H. Paus Johannes Paulus II - Apostolische Brief
Novo millennio ineunte
Een nieuw millennium
(6 januari 2001) moedigde ik bij leken, in het dagelijkse parochieleven of in christelijke groepen, de viering aan van het getijdengebed. H. Paus Johannes Paulus II, Apostolische Brief, Een nieuw millennium, Novo millennio ineunte (6 jan 2001), 34 Nu verlang ik hetzelfde voor het rozenkransgebed te doen. Deze twee wegen van christelijke contemplatie sluiten elkaar niet uit, maar vullen elkaar aan. Ik zou daarom willen vragen aan degenen die zichzelf toewijden aan pastorale zorg voor gezinnen om van harte het rozenkransgebed aan te bevelen.
Een gezin dat samen bidt blijft bij elkaar. De heilige rozenkrans, een eeuwenoude traditie, heeft zichzelf in het bijzonder effectief gemaakt als een gebed dat het gezin bij elkaar brengt. Individuele gezinsleden die hun ogen naar Jezus richten verkrijgen ook de mogelijkheid om de ander in de ogen te zien, om met hem te praten, om solidariteit te tonen, om de ander te vergeven en om hun liefdesband in de Geest van God vernieuwd te zien.
Veel van de problemen waarmee hedendaagse gezinnen geconfronteerd worden, vooral in economisch ontwikkelde samenlevingen, zijn het gevolg van hun toenemende onkunde om met elkaar te communiceren. Het lukt gezinnen zelden om tijd voor elkaar vrij te maken, en de zeldzame momenten dat ze het wel doen, worden vaak besteed aan het kijken naar de tv. Teruggaan naar het bidden van de rozenkrans in gezinsverband betekent dat het dagelijks leven gevuld wordt met andere beelden, beelden van het geheim van de Verlossing: het beeld van de Verlosser, het beeld van Zijn meest gezegende Moeder. Het gezin dat de rozenkrans gemeenschappelijk bidt, brengt iets van de sfeer van het huisgezin van Nazaret opnieuw tot leven. De leden plaatsen Jezus in het centrum, zij delen in Zijn vreugde en smart, zij plaatsen hun noden en hun plannen in Zijn handen en zij putten uit Hem de hoop en de kracht om door te gaan.
De rozenkrans bidden voor kinderen, en beter nog, met kinderen, hen vanaf hun jongste jaren te oefenen om deze dagelijkse 'gebedspauze' met het gezin te ervaren, is zeker niet de oplossing voor elk probleem, maar het biedt geestelijke steun die niet moet worden onderschat. Men zou kunnen tegenwerpen dat het rozenkransgebed nauwelijks in overeenstemming is met de smaak van kinderen en jongeren van tegenwoordig. Maar misschien heeft men hierbij alleen maar de verarmde manier van het bidden van de rozenkrans voor ogen. Afgezien van de vooroordelen jegens de basisstructuur van het rozenkransgebed is er niets dat kinderen en jongeren afhoudt van het gebed, binnen gezins- of groepsverband, met toepasselijke symbolische en praktische hulpmiddelen om het gebed te begrijpen en te waarderen. En waarom zouden we het niet proberen? Met Gods hulp kan een pastorale aanpak die positief, hartstochtelijk en creatief op de jeugd gericht is geschikt zijn om opmerkelijke resultaten te bereiken - zoals ook de Wereldjongerendagen hebben laten zien! Als het rozenkransgebed goed wordt voorgesteld ben ik er zeker van dat jongeren opnieuw volwassenen laten opkijken door de manier waarop zij zich het gebed eigen maken en het reciteren met een enthousiasme dat hoort bij hun leeftijd.
Ik richt me in het bijzonder tot u, mijn dierbare broeders in het bisschopsambt, priesters en diakens, en tot u, pastoraal werkers in verschillende ambten: moge u met veel overtuiging het rozenkransgebed stimuleren door middel van uw eigen persoonlijke ervaring van de schoonheid van het gebed.
Ik vertrouw ook op u, theologen: moge u het christelijke volk helpen de bijbelse fundamenten van dit traditionele gebed te ontdekken door uw wijze en grondige reflectie, geworteld in het woord van God en gevoelig voor de geleefde ervaring van het christelijke volk.
Ik reken op jullie, toegewijde mannen en vrouwen die op een bijzondere manier geroepen zijn om het gelaat van Christus op de school van Maria te overwegen.
Ik kijk naar jullie allemaal, broeders en zusters in welke levensstaat dan ook, naar jullie, christelijke families, naar jullie, zieken en ouderen, en naar jullie, jongeren: pak vol vertrouwen de rozenkrans weer op. Herontdek het rozenkransgebed in het licht van de heilige Schrift, in overeenstemming met de liturgie en in de context van het leven van alledag.
Moge mijn oproep niet voor niets zijn! Aan het begin van het vijfentwintigste jaar van mijn pontificaat, vertrouw ik deze apostolische Brief toe aan de liefdevolle handen van de Maagd Maria, mij, in de geest, ter aarde nederwerpend voor haar beeld in het schitterende heiligdom dat voor haar door de zalige Bartolo Longo werd gebouwd, de apostel van de rozenkrans. Ik wil graag de ontroerende woorden waarmee hij zijn welbekende Smeekbede aan de Koningin van de Heilige Rozenkrans besloot eigen maken:
"O, gezegende Rozenkrans van Maria,
zoete ketting die ons met God verenigt,
liefdesband die ons met de engelen verbindt,
reddingstoren tegen de aanslagen van de hel,
veilige haven in onze universele schipbreuk,
we zullen u nooit verlaten.
U zult onze troost zijn in het uur van onze dood:
aan u de laatste kus als het leven wegebt.
Het laatste woord dat over onze lippen komt
zal uw zoete naam zijn,
O Koningin van de Rozenkrans van Pompeï,
O liefste moeder,
O toevlucht der zondaars,
O verheven troosteres van de bedroefden.
Moge u overal gezegend zijn,
nu en altijd, op aarde en in de hemel."
Vanuit het Vaticaan, op 16 oktober van het jaar 2002, aan het begin van het vijfentwintigste jaar van mijn pontificaat.
JOHANNES PAULUS II