H. Paus Johannes Paulus II - 31 oktober 2000
Hij werd de eerste keer gekozen voor het parlement in 1504 ten tijde van Koning Henry VII. De latere opvolger Henry VIII hernieuwde zijn mandaat in 1510 en maakte hem zelfs vertegenwoordiger van de Kroon in de hoofdstad. Dit was de opstart naar een prominente carrière in overheidsdienst. Gedurende de volgende tiental jaren zond de Koning hem naar diverse diplomatieke en commerciële missies in Vlaanderen en het grondgebied van het hedendaagse Frankrijk. More is tot lid van de koninklijke raad gemaakt, voorzittend rechter van een belangrijk tribunaal, waarnemend penningmeester en ridder en tenslotte werd hij in 1523 Spreker van het Lagerhuis.
Hogelijk gewaardeerd door iedereen vanwege zijn niet-falende morele integriteit, scherpheid van geest, zijn open en humorvolle karakter en zijn buitengewone kennis, werd hij in 1529 ten tijde van de politieke en economische crisis in het land, door de Koning aangesteld tot de functie van Lord Chancellor. Thomas, die de eerste leek was op deze positie, stond voor een extreem moeilijke periode, daar hij trachtte de Koning en het land te dienen. In trouwheid aan zijn principes, concentreerde hij zich op het bevorderen van rechtvaardigheid en het beteugelen van de schadelijke invloed van hen die hun eigen belangen voorop stelden ten koste van de zwakkere. In 1532 legde Thomas More zijn functie neer, omdat hij het voornemen van koning Henry VIII niet kon steunen om de macht over de kerk in Engeland tot zich te trekken. Hij trok zich terug uit het openbare leven, onderwierp zich aan een armoedig bestaan met zijn gezin en werd in de steek gelaten door vele mensen die, in momenten van beproeving, valse vrienden bleken te zijn.
Gegeven zijn onverzettelijke standvastigheid om elke compromis die tegen zijn geweten indruiste, af te wijzen liet de Koning hem in 1534 gevangen zetten in de Tower van Londen, waar hij onderworpen werd aan diverse vormen van psychische druk. Thomas More stond zichzelf niet toe te weifelen en hij weigerde de eed te doen die van hem gevraagd werd, daar dit zou inhouden dat hij instemde met politieke en kerkelijke afspraken die de weg naar ongecontroleerde despotisme vrij maakten. Tijdens zijn verhoor, hield hij een vurig pleidooi over zijn eigen overtuigingen inzake de onverbreekbaarheid van het huwelijk, het respect verschuldigd aan het juridische erfgoed van de christelijke beschaving, en de vrijheid van de Kerk in relatie tot de Staat. Veroordeeld door de rechtbank, werd hij onthoofd.
Met het verstrijken van de eeuwen is de discriminatie van de Kerk verminderd. In 1850 is de Engelse Katholieke Hiërarchie opnieuw ingesteld. Hierdoor werd het mogelijk de processen van de vele martelaren in werking te stellen. Thomas More werd in 1886, tezamen met 53 andere martelaren, door Paus Leo XIII zalig verklaard. Door Pius XI werd hij in 1935 heilig verklaard, op het vierde eeuwfeest van zijn martelaarschap.