26 oktober 2004
Economisch initiatief is een uitdrukking van menselijke intelligentie en van de noodzaak om creatief en in samenwerking te beantwoorden aan de menselijke noden. Creativiteit en samenwerking zijn tekenen van het authentieke concept van zakelijke competitie: een "cum-petere", dit wil zeggen een samen zoeken naar de meest geschikte oplossingen om op de best mogelijke manier te beantwoorden aan de noden zoals zij zich voordoen. De zin voor verantwoordelijkheid die voortvloeit uit het vrij economisch initiatief neemt niet alleen de vorm aan van een individuele deugd die noodzakelijk is voor de humane groei van ieder persoon, maar ook van een sociale deugd die onmisbaar is voor de ontwikkeling van een solidaire gemeenschap. "In dit proces spelen belangrijke deugden een rol, zoals de vlijt, de arbeidzaamheid, de voorzichtigheid bij het nemen van redelijke risico's, de betrouwbaarheid en de trouw in de interpersoonlijke betrekkingen, de sterkte bij het uitvoeren van moeilijke en pijnlijke beslissingen, die echter nodig zijn voor het gezamenlijke werk van het bedrijf en om het hoofd te bieden aan de eventuele tegenslagen" H. Paus Johannes Paulus II, Encycliek, Ter gelegenheid van de honderdste verjaardag van de encycliek Rerum Novarum, Centesimus Annus (1 mei 1991), 32.
Vanuit maatschappelijk oogpunt zijn de taken van de ondernemer en van de bedrijfsleider van centraal belang, omdat zij zich in het hart van het netwerk van technische, commerciële, financiële en culturele verbindingen bevinden, die de moderne bedrijfsrealiteit karakteriseren. Door de toenemende complexiteit van de bedrijfswereld veroorzaken beslissingen van deze bedrijven een reeks economisch en sociaal belangrijke effecten die op elkaar inwerken. Daarom vereist het uitoefenen van verantwoordelijkheid door de ondernemers en de bedrijfsleiders - bovenop het specifiek bij de tijd brengen dat een voortdurende inspanning vraagt - een constante reflectie op de morele motivaties die hun persoonlijke keuzes moeten leiden.
Ondernemers en bedrijfsleiders mogen niet enkel rekening houden met de economische objectieven van de onderneming, met de criteria voor economische doelmatigheid en met de eigenlijke zorg voor "het kapitaal" als geheel van de productiemiddelen: zij hebben ook de plicht om de menselijke waardigheid van de arbeiders die in het bedrijf werken, te respecteren Vgl. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 2432. Deze arbeiders vormen "het kostbaarste vermogen van het bedrijf" H. Paus Johannes Paulus II, Encycliek, Ter gelegenheid van de honderdste verjaardag van de encycliek Rerum Novarum, Centesimus Annus (1 mei 1991), 35 en de beslissende factor in de productie Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Encycliek, Ter gelegenheid van de honderdste verjaardag van de encycliek Rerum Novarum, Centesimus Annus (1 mei 1991), 32. Bij belangrijke beslissingen in verband met strategie en financiën, bij beslissingen omtrent kopen of verkopen, herstructurering, sluiting of samensmelting van sites, mag men zich niet exclusief beperken tot criteria van financiële of commerciële aard.
De sociale leer van de Kerk beklemtoont de noodzaak dat ondernemers en bedrijfsleiders de arbeid zouden structureren op zo'n manier dat het gezin, en in het bijzonder de moeders, worden begunstigd in het volbrengen van hun taken Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Encycliek, Op de negentigste verjaardag van de encycliek Rerum Novarum, Laborem Exercens (14 sept 1981), 19; in het licht van een integrale visie op mens en ontwikkeling, moeten zij de vraag naar kwaliteit aanmoedigen: van de te produceren en te verbruiken waren, de kwaliteit van de diensten waarvan de mens gebruik maakt, de kwaliteit van het milieu en van het leven in het algemeen" H. Paus Johannes Paulus II, Encycliek, Ter gelegenheid van de honderdste verjaardag van de encycliek Rerum Novarum, Centesimus Annus (1 mei 1991), 36 bevorderen; wanneer de economische condities en de politieke stabiliteit dit toelaten, moeten zij investeren in die plaatsen en sectoren van productie die aan individuen en aan volken "een gelegenheid bieden om goed gebruik te maken van hun eigen arbeid" H. Paus Johannes Paulus II, Encycliek, Ter gelegenheid van de honderdste verjaardag van de encycliek Rerum Novarum, Centesimus Annus (1 mei 1991), 36.