26 oktober 2004
Het gezin heeft een volledig eigen en onvervangbare rol in de opvoeding van kinderen. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Verklaring, Over de Christelijke opvoeding, Gravissimum Educationis (28 okt 1965), 3 Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk in de wereld van deze tijd, Gaudium et Spes (7 dec 1965), 61 Vgl. Pauselijke Raad voor het Gezin, Handvest van de Rechten van het gezin (22 okt 1983), 5 Vgl. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 2223 Vgl. Wetboek, Codex van het Canonieke recht, Codex Iuris Canonici (25 jan 1983), 793-799.1136. Gaat over de rechten en plichten van de ouders De liefde van de ouders, die zichzelf ten dienste stelt van de kinderen om het beste dat in hen zit eruit te halen (van het latijn e-ducere = eruit halen) vindt zijn volledige betekenis juist in de opvoedingstaak. "De liefde van de ouders is zowel een bron als een bezielend principe en daarom de norm, die alle concrete opvoedingsactiviteit inspireert en leidt, terwijl die liefde de opvoeding verrijkt met waarden als vriendelijkheid, standvastigheid, goedheid, dienst, belangeloosheid en zelfopoffering, die de tastbaarste vruchten van de liefde zijn". H. Paus Johannes Paulus II, Postsynodale Apostolische Exhortatie, Over de taken van het christelijk gezin in de wereld van deze tijd, Familiaris Consortio (22 nov 1981), 36
Het recht en de plicht van ouders om hun kinderen op te voeden is "essentieel, omdat het is verbonden met het doorgeven van het menselijk leven. Het hoort van oorsprong in de eerste plaats bij de ouders, ook al hebben andere mensen ook een opvoedende rol. Ouders kunnen namelijk rekenen op de uniciteit van de liefhebbende relatie tussen ouders en kinderen; het opvoeden door ouders is onvervangbaar en onvervreemdbaar, daarom kan de opvoeding nooit helemaal aan anderen worden overgelaten of door anderen worden toegeëigend". H. Paus Johannes Paulus II, Postsynodale Apostolische Exhortatie, Over de taken van het christelijk gezin in de wereld van deze tijd, Familiaris Consortio (22 nov 1981), 36 Vgl. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 2221 Ouders hebben de plicht en het recht om hun kinderen een godsdienstige opvoeding en morele vorming te geven. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Verklaring, Over de godsdienstvrijheid - Het recht van de persoon en van de gemeenschappen op sociale en burgerlijke vrijheid in godsdienstige aangelegenheden, Dignitatis Humanae (7 dec 1965), 5 Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Boodschap, Wereld Vredes Dag 1994, Via het gezin groeit de vrede voor de mensheid (8 dec 1993), 5 Dit recht kan de staat hun niet afnemen, maar de staat moet het respecteren en stimuleren. Het is een primair recht dat het gezin niet mag verwaarlozen of delegeren.
Het gezin heeft de verantwoordelijkheid een integrale opvoeding te geven. Iedere echte opvoeding "is gericht op de vorming van de menselijke persoon met het oog op zijn uiteindelijke doel en het welzijn van de samenleving, waartoe hij behoort en in de taken, waarin hij als volwassene zal delen". 2e Vaticaans Concilie, Verklaring, Over de Christelijke opvoeding, Gravissimum Educationis (28 okt 1965), 1 Deze integraliteit wordt gegarandeerd als de kinderen, met het getuigenis van het leven en in woorden, worden opgevoed in dialoog, ontmoeting, gemeenschapszin, wettigheid, solidariteit en vrede, door de cultivering van de fundamentele deugden van rechtvaardigheid en naastenliefde. Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Postsynodale Apostolische Exhortatie, Over de taken van het christelijk gezin in de wereld van deze tijd, Familiaris Consortio (22 nov 1981), 43
Bij het opvoeden van kinderen zijn de rol van de vader en die van de moeder even nodig. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk in de wereld van deze tijd, Gaudium et Spes (7 dec 1965), 52 De ouders moeten daarom samenwerken. Ze moeten hun gezag met respect en zachtheid uitoefenen, maar ook indien nodig met vastheid en kracht: Het moet geloofwaardig, consistent en wijs zijn en altijd worden uitgeoefend met het oog op het integrale welzijn van het kind.
Ouders hebben een bijzondere verantwoordelijkheid op het gebied van seksuele voorlichting. Het is van fundamenteel belang voor een evenwichtige groei van de kinderen dat ze op een geregelde en geleidelijke manier de betekenis van de seksualiteit leren en dat ze de menselijke en morele waarden, die erbij horen, leren te waarderen. "Met het oog op de hechte verbanden tussen de seksuele dimensie van een persoon en zijn of haar ethische waarden, moet de opvoeding de kinderen brengen tot een begrip van en een respect voor de morele normen als de noodzakelijke en hooggewaardeerde garantie voor verantwoorde persoonlijke groei in menselijke seksualiteit". H. Paus Johannes Paulus II, Postsynodale Apostolische Exhortatie, Over de taken van het christelijk gezin in de wereld van deze tijd, Familiaris Consortio (22 nov 1981), 37 Vgl. Pauselijke Raad voor het Gezin, Richtlijnen voor de opvoeding in gezinsverband, De ware betekenis van de menselijke seksualiteit (8 dec 1995) Ouders hebben de verplichting zich te informeren over de gebruikte methodes voor seksuele voorlichting in scholen, zodat zij kunnen verifiëren of dit belangrijke en delicate onderwerp zorgvuldig wordt behandeld.