Gerhard Ludwig Kard. Müller - 10 februari 2019
Jezus Christus heeft de Kerk gesticht als een levend teken en instrument van de verlossing en die Kerk is verwerkelijkt in de Katholieke Kerk. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 816 Hij gaf zijn Kerk die is voortgekomen uit de zijde van Christus “toen Christus ingeslapen was op het kruis.” Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 766, een sacramentele grondstructuur die zal blijven bestaan tot het Koninkrijk is verwezenlijkt. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 765 Christus, het Hoofd, en de gelovigen als ledematen van het lichaam, zijn een mystieke persoon. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 795 Daarom is de Kerk heilig, want de ene Middelaar heeft haar zichtbare structuur ontworpen en houdt die voortdurend in stand. Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 771
Door haar komt het verlossingswerk van Christus in tijd en ruimte tegenwoordig via de viering van de heilige sacramenten, met name in het eucharistisch Offer, de Heilige Mis . Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 1330 De Kerk geeft met het gezag van Christus de goddelijk openbaring door. En dat geldt voor alle elementen van de leer “met inbegrip van de moraal zonder welke de heilswaarheden van het geloof niet bewaard, verkondigd of toegepast kunnen worden." Catechismus-Compendium, Catechismus van de Katholieke Kerk (15 aug 1997), 2035