Paus Franciscus - 17 januari 2019
Al meer dan dertig jaar, heeft de Pauselijke Commissie 'Ecclesia Dei', opgericht door het motu proprio H. Paus Johannes Paulus II - Motu Proprio
Ecclesia Dei Adflicta
Over de verhouding met de Priesterbroederschap St. Pius X
(2 juli 1988), van 2 juli 1988, met oprechte en lovenswaardige zorg de taak van samenwerking met de bisschoppen en de Dicasteries van de Romeinse curie uitgevoerd, in het faciliteren van de volledige kerkelijke gemeenschap van priesters, seminaristen, gemeenschappen of individuele religieuze en religieuze, verbonden aan de Broederschap gesticht door mgr. Marcel Lefebvre, die in eenheid wilden blijven met de opvolger van Petrus in de Katholieke Kerk, met behoud van hun spirituele en liturgische tradities. Vgl. H. Paus Johannes Paulus II, Motu Proprio, Over de verhouding met de Priesterbroederschap St. Pius X, Ecclesia Dei Adflicta (2 juli 1988), 2
Op deze manier was het in staat om namens de Heilige Stoel zijn gezag en bevoegdheid uit te oefenen op deze gemeenschappen en verenigingen, totdat anders wordt voorzien. Vgl. Pauselijke Commissie Ecclesia Dei, Rescriptum ex Audientia Sanctissimi (18 okt 1988)
Vervolgens heeft de Pauselijke Commissie in het kader van het motu proprio Paus Benedictus XVI - Motu Proprio
Summorum Pontificum
Over het gebruik van de Romeinse Liturgie voorafgaand aan de hervorming van 1970
(7 juli 2007) van 7 juli 2007 het gezag van de Heilige Stoel uitgebreid over die instituten en religieuze gemeenschappen, die zich hadden gehouden aan de buitengewone vorm van de Romeinse ritus en de eerdere tradities van het religieus leven hadden overgenomen, waarbioj toegezien werd op de naleving en toepassing van de vastgestelde bepalingen. Vgl. Paus Benedictus XVI, Motu Proprio, Over het gebruik van de Romeinse Liturgie voorafgaand aan de hervorming van 1970, Summorum Pontificum (7 juli 2007)
Twee jaar later, heeft mijn Eerwaarde Voorganger Benedictus XVI, met het motu proprio Paus Benedictus XVI - Motu Proprio
Ecclesiae Unitatem
Betreffende de Pauselijke Commissie Ecclesia Dei
(2 juli 2009), van 2 juli 2009, de structuur van de Pauselijke Commissie gereorganiseerd om het meer geschikt te maken voor de nieuwe situatie gecreëerd met de kwijtschelding van de excommunicatie van de vier bisschoppen die gewijd waren zonder pontificaal mandaat. Bovendien, overwegende dat, na zo'n daad van genade, de zaken die door dezelfde Pauselijke Commissie werden behandeld, in de eerste instantie nog leerstellig waren, heeft hij deze meer organisch verbonden met de Congregatie voor de Geloofsleer, met behoud van haar oorspronkelijke doelstellingen, maar de structuur ervan werd gewijzigd. Vgl. Paus Benedictus XVI, Motu Proprio, Betreffende de Pauselijke Commissie Ecclesia Dei, Ecclesiae Unitatem (2 juli 2009)
Nu, sinds de Feria IV N.v.d.r.: de reguliere woensdagvergadering van de Congregatie voor de Geloofsleer van 15 november 2017, de dialoog tussen de Heilige Stoel en de Priesterbroederschap van Sint Pius X rechtstreeks door de bovengenoemde Congregatie wordt gevoerd, omdat de behandelde kwesties van leerstellige aard zijn, op welk verzoek ik in de Audiëntie op de 24e daaraanvolgend heb goedgekeurd, en dit voorstel ontving in de plenaire vergadering van dezelfde Congregatie die plaats had van 23 tot 26 januari 2018, na ampele overwegingen, ben ik tot het volgende besluit gekomen.
Gezien dat heden de omstandigheden die de heilige Paus Johannes Paulus II aanleiding gaven tot de oprichting van de Pauselijke Commissie 'Ecclesia Dei';
erop wijzend dat de instituten en de religieuze gemeenschappen die gewoonlijk in buitengewone vorm vieren, vandaag hun eigen stabiliteit van aantallen en leven hebben gevonden;
erop wijzende dat de doelstellingen en kwesties die worden behandeld door de Pauselijke Commissie 'Ecclesia Dei' overwegend leerstellig van aard zijn;
wensen dat deze doelen steeds zichtbaarder worden voor het geweten van de kerkelijke gemeenschappen,
met de huidige Apostolische Brief 'Motu proprio data'
Besluit ik:
De Pauselijke Commissie 'Ecclesia Dei', opgericht op 2 juli 1988 met de Motu Proprio H. Paus Johannes Paulus II - Motu Proprio
Ecclesia Dei Adflicta
Over de verhouding met de Priesterbroederschap St. Pius X
(2 juli 1988), wordt opgeven.
De taken van de Commissie in kwestie zijn volledig toegewezen aan de Congregatie voor de Geloofsleer, waarin een speciale Afdeling zal worden opgericht om het werk van supervisie, promotie en bescherming voort te zetten dat tot dusver geleid werd door de opgeheven Pauselijke Commissie 'Ecclesia Dei'.
Het budget van de Pauselijke Commissie maakt deel uit van de gewone boekhouding van de bovengenoemde Congregatie.
Ik verorden dat wat door mij met dit Motu proprio is bepaald, geldig en werkzaam is ondanks welke tegengestelde bepaling ook, ook al is die nog zo vermeldenswaardig en wordt bekendgemaakt door publicatie in de op 19 januari 2019 uit te geven krant L'Osservatore Romano, en onmiddellijk in werking treedt en vervolgens wordt opgenomen in het officiële commentaar van de Heilige Stoel, Acta Apostolicae Sedis.
Gegeven in Rome, op St. Peter's, 17 januari 2019, het zesde van Ons Pontificaat.
Francesco