
2 maart 2018
Sinds de eerste eeuwen, zowel in het Oosten als in het Westen, hebben de Kerken die door een apostel of door een van zijn medewerkers zijn gesticht, een specifieke rol gespeeld in hun provincie of regio, aangezien hun bisschop erkend is als respectievelijk metropoliet of patriarch. Dit heeft de geboorte van specifieke synodale structuren in de hand gewerkt. Daarin worden de patriarchen, de metropolieten en de bisschoppen van elke kerk uitdrukkelijk opgeroepen om de synodaliteit te bevorderen Paus Franciscus, Motu Proprio, De Heer Jezus, barmhartige rechter - Enkele aanpassingen van het kerkelijk wetboek aangaande het huwelijksrecht, Mitis Iudex Dominus Iesus (15 aug 2015). Criterium V. "Voor zover de zetel van de metropolie het hoofd is van de kerkprovincie, is deze taak door de tijden heen een stabiel en betekenisvol teken van synodaliteit in de Kerk" [[[574|133-139.155-173: Bij de katholieke Kerken van de oosterse ritus zijn er twee soorten van metropolitane instellingen: de provincie als deel van een patriarchale Kerk en de metropolitane Kerk sui iuris]]] de ius se regendi van deze laatste vormt een specifieke aanduiding van synodaliteit en kan een stimulans zijn voor de hele Kerk Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Decreet, Over de oecumene, Unitatis Redintegratio (21 nov 1964), 16 Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Decreet, Over de Oosterse Kerken, Orientalium Ecclesiarum (21 nov 1964), 3.5; hun opdracht kreeg gaandeweg meer consistentie naarmate het bewustzijn van de bisschoppelijke collegialiteit rijpte, die ook op regionaal niveau tot uitdrukking moet komen.
In de katholieke Kerk van de Latijnse ritus zijn er synodale structuren op regionaal niveau: particuliere concilies op provinciaal of algemeen niveau, de bisschoppenconferenties en hun verschillende constellaties, ook op continentaal niveau; in de katholieke Kerk van oosterse ritus: de patriarchale synode en de provinciale synode, de vergadering van de hiërarchen van de verschillende oosterse Kerken sui iuris Wetboek, Codex van Canoniek Recht van de Oosterse Kerken, Codex Canonum Ecclesiarum Orientalium (1 okt 1991), 332. De Latijnse Kerk wordt in canon 332 van het Wetboek van Canones van de Oosterse Kerken genoemd. Het gaat dus over een brede vorm van synodaliteit tussen de verschillende ritussen. en de raad van de katholieke patriarchen van het Oosten. Paus Franciscus definieerde deze kerkelijke structuren als intermediaire instanties van collegialiteit en herinnerde er met een beroep op Vaticanum II aan "dat deze organismen kunnen bijdragen tot de groei van de geest van bisschoppelijke collegialiteit." Paus Franciscus, Toespraak, Aula Paulus VI, Viering van de 50e verjaardag van de oprichting van de Bisschoppensynode (17 okt 2015), 4