7 december 1965
Maar aan Gods roepstem moet de mens zó beantwoorden, dat hij, zonder te rade te gaan bij vlees en bloed Vgl. Gal. 1, 16 , zich geheel en al bindt aan het werk van het Evangelie. Dit antwoord kan de mens niet geven zonder de stuwing en de kracht van de Heilige Geest. De gezondene immers treedt in in het leven en de zending van Hem, die "zichzelf ontledigd heeft door het bestaan van een dienstknecht op zich te nemen" (Fil. 2, 7). Hij moet derhalve bereid, zijn, heel zijn leven lang trouw te blijven aan zijn roeping, zichzelf te verloochenen en te verzaken aan alles, wat hij tot dan toe het zijne mocht noemen, en alles voor allen te worden. Vgl. 1 Kor. 9, 22 .
Bij de verkondiging van het Evangelie onder de volken moet hij met vrijmoedigheid het geheim van Christus openbaar maken, wiens heraut hij is, zodat hij in Hem de moed heeft, zó te spreken als zijn plicht is Vgl. Ef. 6, 19. v. Vgl. Hand. 4, 31 en zich niet schaamt voor de ergernis van het kruis. Het voorbeeld volgend van zijn Meester, die zachtmoedig en nederig van hart is, moet hij tonen, dat zijn juk zacht is en zijn last licht. Vgl. Mt. 11, 29. v. . Door een echt evangelisch leven Vgl. Paus Benedictus XV, Apostolische Brief, Over de verkondiging van het geloof over de gehele wereld, Maximum Illud (30 nov 1919), 25-26, in groot geduld, in lankmoedigheid, goedheid, ongeveinsde liefde, (2 Kor. 6, 6) moet hij, zo nodig ten koste van zijn leven, getuigenis afleggen van zijn Heer. Hij zal God om kracht en sterkte smeken en zo ondervinden, dat zware beproevingen en bittere armoede een bron kunnen zijn van grote vreugde Vgl. 2 Kor. 8, 2 . Hij zij ervan overtuigd, dat de gehoorzaamheid de karakteristieke deugd is van een dienaar van Christus, die de mensheid heeft verlost door zijn gehoorzaamheid.
Willen de verkondigers van het Evangelie de genadegave, die in hen is, niet verwaarlozen, dan moeten zij zich van dag tot dag in hun denken vernieuwen Vgl. 1 Tim. 4, 14 Vgl. Ef. 4, 23 Vgl. 2 Kor. 4, 16 . De ordinarissen en oversten van hun kant moeten de missionarissen op geregelde tijden bijeenroepen om hun de gelegenheid te geven, zich te versterken in de hoop van hun roeping en hun apostolisch dienstwerk te vernieuwen; eventueel zullen tot dit doel geschikte huizen worden opgericht.