
Paus Franciscus - 19 maart 2018
Dit houdt niet een verachting in van de ogenblikken van rust, eenzaamheid en stilte ten overstaan van God. Integendeel zelfs. Want de voortdurende nieuwigheden van de technologische instrumenten, de aantrekkingskracht van reizen, de ontelbare aanbiedingen op het gebied van consumptie, laat soms geen ruimte voor het weerklinken van de stem van God. Alles vult zich met een steeds groeiende snelheid met woorden, oppervlakkige genoegens en rumoer. Daar heerst geen vreugde, maar de onvoldaanheid van wie niet weet waarvoor hij leeft. Hoe kan men derhalve niet erkennen dat wij dit koortsachtige rennen moeten stoppen om weer een soms pijnlijke, maar altijd vruchtbare, persoonlijke ruimte terug te krijgen waarin een oprechte dialoog met God wordt op gang wordt gebracht? Op een bepaald moment zullen wij de waarheid over onszelf onder ogen moeten zien om die door de Heer te laten doordringen en men bereikt dit niet altijd, als
“men zich niet bevindt op de rand van de afgrond, van de ergste verleiding, op de klif van de verlatenheid, op de eenzame top waar men de indruk heeft volkomen alleen te blijven”. Carlo M. Kard. Martini, Le confessioni di Pietro. Cinisello Balsamo 2017, 69 .
Zo vinden wij de grote beweegredenen die ons ertoe aanzetten onze taken ten diepste te vervullen.