25 november 1551
deze woorden van de Heer en Verlosser:
"ontvangt de Heilige Geest, wier zonden gij vergeeft, hun zijn ze vergeven en welke gij niet vergeeft, hun zijn ze niet vergeven" (Joh. 20, 22)
moeten in het sacrament van de Biecht, niet begrepen worden, als volmacht om zonden te vergeven en om niet te vergeven, zoals door de Katholieke Kerk vanaf het begin altijd begrepen is, maar ze veelmeer verdraaid - tegen de instelling van dit sacrament - vanuit de volmacht om het Evangelie te prediken,
hij zij verdoemd.