
H. Paus Paulus VI - 23 januari 1967
Het is met grote vreugde, dat wij u, geachte heer deken van ons tribunaal van de Heilige Romeinse Rota, welkom heten, en met dezelfde gevoelens begroeten wij de andere leden van dit tribunaal die in zo groten getale bij deze jaarlijkse audiëntie ter gelegenheid van de opening van het nieuwe zittingsjaar tegenwoordig zijn.
De waardige woorden die tot ons gericht werden, hebben ons bevestigd in deze waardering en zij hebben ons laten zien, zo dit nog nodig zou zijn geweest, door welke bron het zich-bewust-zijn van zodanige dienst gevoed wordt, nl. door het 'sentire cum Ecclesia'. Want daardoor kan men de leer van de Kerk eerst volledig aanvaarden, er de logische en sterke waarheid van erkennen en inzien, dat ook de verworvenheden van de menselijke wijsheid eervolle erkenning genieten; eerst dan krijgt men oog voor de mysterieuze duidelijkheid die het geloof eraan verleent, maar bovenal voor de liefde die aan de leer ten grondslag ligt .en haar tot leven brengt, en die hier in het tribunaal een wet tot een levende wet maakt.
Na de personen geprezen te hebben, willen wij ook eer brengen aan de tweeledige functie van dit tribunaal.
De eerste, normaal maar hoogst belangrijk, bestaat in het oordeel vellen over zaken van allerlei aard en steeds toenemend in aantal die vanuit alle delen van de wereld aan u worden voorgelegd. Wij weten met hoeveel toewijding en zorg en met hoeveel bekwaamheid gij u op deze omvangrijke arbeid toelegt en wij zijn gaarne bereid om met ons gezag die voorzieningen te ondersteunen die wenselijk zullen blijken om de eindbeslissing van de zaken te bespoedigen, om het aantal hangende zaken te verminderen, om een onnodige herziening van zaken waarover een uitspraak is gevallen te verhinderen, om de wet duidelijker te formuleren, teneinde eventuele willekeurige interpretatie uit te sluiten en om meer werkdadigheid aan de wet te verlenen, zodat er niet onnodig of ten onrechte een beroep op het oordeel van de rechter gedaan behoeft te worden.
De tweede functie die wij in het tribunaal willen eren, is transcendentaal, nl. die.van haar vertegenwoordiging van de gerechtigheid welke de Kerk huldigt, beoefent en verdedigt, d.w.z. de gerechtigheid die gegrondvest is op de zedelijke beginselen die in de objectieve orde van de goddelijke wet, de natuurwet en de positieve wet zowel als in die van het subjectieve geweten hun oorsprong hebben en die aan de juridische norm, behalve zijn kracht van wet, zijn duurzaamheid en zijn maatschappelijkheid geeft.
Wij zijn inderdaad van mening, dat het tot de taak van dit tribunaal behoort om een onuitputtelijke en originele verdediging te geven van de gerechtigheid die het fundament dient te zijn van het maatschappelijk leven en daarmee te versterken in de geest van de moderne mens die zozeer geneigd is tot een ethisch subjectivisme, tot opportunisme, tot de situatie-moraal en derhalve ook tot juridisch relativisme, die verheven en heilzame zin voor gerechtigheid, onmisbare voorwaarde voor vrijheid en vrede. Niet anders klonk de stem van de Italiaanse bisschoppenconferentie die dezer dagen, haar afkeuring en droefheid uitsprekend over het treurige, zich steeds uitbreidende verschijnsel van de gewelddadige en georganiseerde misdaad, haar pastoraal vermaan besloot met een uitdrukkelijke verwijzing naar de gerechtigheid om daardoor aan het volk van God de burgerlijke eensgezindheid en de vreedzame vooruitgang te verzekeren.
Maar op de eerste plaats ligt het juridisch arbeidsveld van het tribunaal toch op het gebied van huwelijkszaken. Op dit terrein verricht het tribunaal hoogst verdienstelijk werk, niet alleen voor wat betreft de juridische aspecten maar vooral ook ten aanzien van de pastorale, dus menselijke en maatschappelijke kant van de problemen, door met de uiterste zorg en belangstelling (en dit geldt niet alleen voor de zaken van de welgestelde lieden, maar evenzeer en zelfs meer voor de zaken die gratis behandeld worden) de processen te behandelen met betrekking tot de huwelijksband en de essentiële exclusiviteit en onontbindbaarheid daarvan, wanneer het huwelijk geldig aangegaan en voltooid is; evenals alle andere processen betreffende de rechten van het gezin, voor zover zij onder het canonieke recht vallen. Wij weten, dat de wijsheid van het tribunaal van de Romeinse Rota evenals die van de andere kerkelijke tribunalen die deze materie behandelen op twee grondslagen berust: ten eerste een zo ruim mogelijk begrip voor de menselijke kant van de zaak zonder door een vooropgestelde toegeeflijkheid het objectieve beeld van de juridische realiteit te misvormen en ten tweede een sterke gehechtheid aan de onschendbare wet die door goddelijke beschikking en omwille van de waardigheid en het geluk van de verloste mensheid de eenheid en bestendigheid van het huwelijk en dus van het gehele instituut van het gezin schraagt. Aldus wordt aan de gerechtigheid een grote dienst bewezen; zonder in onredelijk apriorisme te vervallen, worden de rechtlijnigheid, de waardigheid en de providentiële kracht van de positieve wet van God bewaard en worden de geesten van de belanghebbenden en belangstellenden opengemaakt voor de meest verheven en ware opvatting van het leven, geleid door de wet die niet direct beschreven staat in de juridische handboeken, maar die gegrift is in de heilige en fundamentele beginselen van het menselijk bestaan, worden mens en maatschappij opgevoed tot de meest verheven opvatting van de gerechtigheid. Dit is waarlijk een grote dienst, omdat hier in de afzonderlijke gevallen beschermd, in de patologische gevallen verzorgd en in de karakteristieke gevallen belicht wordt het instituut dat nooit genoeg kan worden geëerd: het gezin.
Wij achten het een zedelijk en maatschappelijk voorrecht en wij zien het als een teken van hogere beschaving, wanneer een volk het instituut van het gezin gezond weet te houden en het als heilig beschouwt. Wij geloven, dat de normen van het concordaat met betrekking tot het huwelijk voor het Italiaanse volk geen juk vormen waaronder het gebukt gaat, maar dat het erdoor beschermd wordt en dat zij voor hen een eer betekenen, en wij zijn ervan overtuigd, dat het Italiaanse volk zal begrijpen, welke op dit voor hun zedelijk en maatschappelijk welzijn beslissend gebied de goede keuze is die zij moeten doen en verdedigen.