13 januari 1547
Als iemand zegt:
de door God bewogen en gewekte vrij wil van de mens kan niets meewerken door zijn instemming tot de opwekking en roep van God, waardoor zij zich kan toerusten, en voorbereiden tot het ontvangen van de genade van rechtvaardiging, noch in mening verschillen, als hij dat zou willen, maar hij zou doen, als iets levenloos, helemaal niets en hij verhoude zich rein passief,
hij zij verdoemd.
Als iemand zegt:
door het geloof alleen wordt de goddeloze gerechtvaardigd, zó, dat hij daaronder verstaat dat er niets anders nodig is om mee te werken om tot de genade van rechtvaardiging te komen en het helemaal niet nodig is dat hij door zijn eigen wilsbeweging zich voorbereid en toerust,
hij zij verdoemd. Vgl. Paus Leo X, Bul, Over de dwalingen van Martin Luther, Exsurge Domine (15 juni 1520), 15.10