Synodevaders - 22 oktober 2005
De synodevergadering is een periode geworden van intense uitwisseling en van getuigenissen over het leven van de Kerk in de verschillende werelddelen. Wij zijn ons bewust geworden van dramatische situaties en van lijden, veroorzaakt door de oorlogen, de hongersnood, de verschillende vormen van terrorisme en van onrechtvaardigheid, die het dagelijkse leven treffen van honderden miljoenen mensen. De diverse haarden van geweld in het Midden Oosten en in Afrika hebben ons in het bijzonder geraakt, maar ons ook gevoeliger gemaakt voor het feit dat dit werelddeel zo in de vergetelheid is geraakt in de publieke opinie van de wereld. De natuurrampen die zich in een steeds hogere frequentie lijken te verveelvoudigen, verplichten om met meer respect naar de natuur te kijken en de banden van solidariteit aan te halen met de getroffen bevolkingen.
Wij hebben de ogen niet gesloten voor de gevolgen van de secularisatie in met name het Westen, waar het heeft geleid tot godsdienstige onverschilligheid en tot de diverse vormen van relativisme. Wij hebben bij de situaties stilgestaan van onrechtvaardigheid en extreme armoede en deze aangeklaagd: zij woekeren alom maar toch vooral in Latijns Amerika, in Afrika en in Azië. Al dit lijden roept tot God en doet een appèl op het geweten van de mensheid. Deze roep stelt ook vragen aan ons. Wat staat er te gebeuren met het "geglobaliseerde dorp" van onze wereld, dat riskeert zichzelf te vernietigen vanwege het bedreigde milieu? Wat te doen opdat in deze tijd van globalisering de solidariteit het kan winnen van het lijden en de ellende? Onze gedachten gaan uit naar degenen die de Naties besturen: dat zij zorgvuldig toezien op het welzijn van allen, en de menselijke waardigheid bevorderen van elke menselijke persoon, vanaf de ontvangenis tot aan zijn natuurlijk einde. Wij vragen hun wetgeving te bevorderen die het natuurlijk recht van huwelijk en gezin respecteert. Van onze kant zullen wij actief onze bijdrage blijven leveren aan de gezamenlijke inspanning om duurzame voorwaarden te scheppen voor een waarachtige vooruitgang van heel de mensenfamilie, opdat niemand er het dagelijks brood hoeft te ontberen.