28 juni 2005
COMPENDIUM VAN DE CATECHISMUS VAN DE KATHOLIEKE KERK | |||
► | DE VIERING VAN HET CHRISTUSMYSTERIE |
Op het hier afgebeelde schilderij treedt Jezus op de apostelen toe, bij de tafel, en geeft hun één voor één de communie. Dit soort schilderijen laat de grote eucharistische vroomheid zien van de Kerk door de eeuwen heen.
“Sine domenico non possumus” (“wij kunnen niet buiten de zondag”) zei de martelaar Emeritus aan het begin van de 4de eeuw, tijdens een van de gruwelijkste christenvervolgingen, die onder Diocletianus, in het jaar 304 na Christus. Er van beschuldigd dat hij met zijn gemeenschap aan de Eucharistie had deelgenomen, gaf hij zonder terughoudendheid toe: “Zonder de Eucharistie kunnen wij niet leven.”En een van de martelaressen voegde er aan toe: “Ja, ik ben naar de bijeenkomst gegaan en heb met mijn broeders de maaltijd van de Heer gevierd, omdat ik christen ben” (Akten van de martelaren van Abitene, hfdst. 11 en hfdst. 7, 16). Om deze trouw aan de Eucharistie werden de 49 Noordafrikaanse martelaren ter dood veroordeeld. De eucharistische Jezus was het ware leven voor Saturninus en zijn gezellen, de martelaren van Abitene in het Afrika van de Proconsul. Zij wilden liever sterven dan afstand doen van het eucharistisch voedsel, het Brood van het eeuwige Leven.
De heilige Thomas van Aquino had de gewoonte op het middaguur naar de Kerk te gaan en, in vertrouwen en overgave zijn voorhoofd tegen het tabernakel te houden in een vertrouwelijk gesprek met Jezus in de Eucharistie. De grote middeleeuwse theoloog staat er ook bekend om, de liturgische teksten voor het feest van Sacramentsdag te hebben samengesteld, waarin hij heel zijn diepe devotie voor de Eucharistie heeft uitgedrukt.
In de hymne bij het morgengebed: “Het hoogste Woord daalt uit het licht” (Verbum supernum prodiens) staat de samenvatting van de katholieke eucharistische spiritualiteit:
“Een van zijn leerlingen verraadt
Hem aan de vijand die Hem haat.
maar aan het maal des levens geeft
Hij zich aan hen als brood dat leeft.In twee gedaanten, brood en wijn,
wil Hij ons aller voedsel zijn.
Hij geeft zichzelf, zijn vlees en bloed,
zodat Hij ons volkomen voedt.Hij komt tot ons als lotgenoot,
Hij deelt zich aan ons uit als brood,
als losgeld geeft Hij zich aan ’t kruis
en als loon in ’t vaderhuis.”
Thomas van Aquino, die de Eucharistie “hoogtepunt en voltooiing van heel het geestelijk leven” noemde, doet niets anders dan het geloofsbesef uitdrukken van de Kerk die in de Eucharistie gelooft als in de levende tegenwoordigheid van Jezus onder ons en het noodzakelijke voedsel voor het geestelijk leven. De Eucharistie is de rode draad die vanaf het laatste Avondmaal alle eeuwen van de geschiedenis van de Kerk met elkaar verbindt, tot op vandaag. De consecratiewoorden - “Dit is mijn lichaam... Dit is mijn bloed” - zijn altijd en overal uitgesproken, ook in de goelags, in de concentratiekampen en in de duizenden gevangenissen die er ook vandaag nog zijn. Op dit eucharistisch vergezicht heeft de Kerk haar leven, haar gemeenschap en haar zending gegrondvest.
____________________________________
Joos van Wassenhove, Jezus geeft de communie aan de apostelen, Galleria Nazionale delle Marche, Urbino