De christenen heiligen de zondag en de andere verplichte feestdagen, door deel te nemen aan de Eucharistie van de Heer, en door zich te onthouden van die activiteiten die de eredienst aan God belemmeren en die storend zijn voor de vreugde die past bij de dag des Heren of voor de noodzakelijke ontspanning van geest en lichaam. Toegestaan zijn de activiteiten die samenhangen met gezinsbehoeften of met diensten van groot maatschappelijk nut, mits zij geen gewoonten scheppen die schadelijk zijn voor de heiliging van de zondag, voor het gezinsleven en de gezondheid.