28 juni 2005
Bij het Laatste Avondmaal met de apostelen, op de vooravond van zijn lijden, anticipeert Jezus op de vrijwillige offergave van zichzelf, dat wil zeggen: Hij brengt deze in tekenen tot uitdrukking en maakt zijn offer al op voorhand tot werkelijkheid: “Dit is mijn Lichaam dat voor u gegeven wordt” (Lc. 22, 19). “Dit is mijn Bloed, dat... vergoten wordt” (Mt. 26, 28). Zo stelt Hij de Eucharistie in als “gedachtenis” (1 Kor. 11, 25) van zijn offer, en stelt Hij tegelijkertijd zijn apostelen aan tot priesters van het Nieuwe Verbond.