Achilles kard. Silvestrini - 6 januari 1996
De zalving van de zieken gaat vergezeld van het gebed om hun genezing. De betekenis ervan is intrinsiek verbonden met de hoedanigheid ervan als een teken, dat de volledige genezing van de persoon tot uitdrukking brengt en de welwillendheid van de hemelse Vader tegenover de mens, die zowel in zijn lichaam als in zijn ziel wordt ondermijnd door ziekte en zonde; deze genezing is het werk van Christus, de Geneesheer van lichaam en ziel. Wanneer Hij de lamme geneest, verklaart Hij aan de Schriftgeleerden dan ook de betekenis van dit wonder: "opdat ge zult weten, dat de Mensenzoon macht heeft op aarde zonden te vergeven" (Mt. 9, 6). De ziekenolie heeft dus de betekenis van een geestelijk geneesmiddel, dat door de goddelijke barmhartigheid wordt geschonken aan de mens, die gebukt gaat onder talloze vormen van ellende in het leven. Het gaat om een sacrament van de Kerk, dat zijn waarde ontleent aan het gelovig gebed van de Kerk en van de priesters die haar vertegenwoordigen. Het geloof dat de zalving dient te vergezellen, is uitdrukking van het vertrouwen van de gelovigen in de Heer die niets nalaat om ons te brengen tot zijn Koninkrijk en die onze smeekbeden beantwoordt met al wat wij nodig hebben om, verbonden met zijn dood, ook te kunnen delen in zijn verrijzenis.