Paus Franciscus - 20 november 2016
Ik zou willen dat we allemaal nadenken over de woorden die de Apostel, op het einde van zijn leven, aan Timoteüs geschreven heeft, wanneer hij belijdt dat hij de eerste van de zondaars is, "maar daarom juist heb ik barmhartigheid ondervonden" (1 Tim. 1, 16). Paulus' woorden hebben de overtuigingskracht om ook ons te laten nadenken over ons leven en om Gods barmhartigheid die ons verandert, bekeert en ons hart omvormt, aan het werk te zien: "Ik zeg dank aan Hem die mij gesterkt heeft, Christus onze Heer, omdat Hij mij vertrouwen heeft geschonken, door mij in zijn dienst te nemen, hoewel ik vroeger een godslasteraar was, een vervolger en een overmoedige. Maar ik heb barmhartigheid ondervonden" (1 Tim. 1, 12-13).
Laten we met een altijd vernieuwende pastorale passie de woorden van de Apostel gedenken: "God heeft ons door Christus met zich verzoend en ons de dienst van de verzoening toevertrouwd" (2 Kor. 5, 18). Met het oog op dit ambt zijn wij als eersten vergeven, om bevoorrechte getuigen te zijn van de universaliteit van de vergeving. Geen wet of voorschrift kan God verhinderen de zoon te omhelzen die naar Hem terugkomt, zijn vergissing erkent en beslist opnieuw te beginnen. Het zich louter baseren op wettelijke voorschriften is het geloof en Gods barmhartigheid dwarsbomen. De wet heeft een propedeutische waarde Vgl. Gal. 3, 24 met de liefde als doel. Vgl. 1 Tim. 1, 5 Toch wordt de christen uitgenodigd om de nieuwheid van het Evangelie, "de wet van de Geest die in Christus Jezus het leven schenkt" (Rom. 8, 2) te beleven. Zelfs in de moeilijkste gevallen, waar we geneigd zijn om gerechtigheid louter op basis van normen te doen gelden, moeten we geloven in de kracht die voortkomt uit de goddelijke genade.
Wij, Biechtvaders, maken veel bekeringen mee voor onze ogen. Laten we ons dan verantwoordelijk weten voor de daden en woorden die het hart van de Biechtelingen kunnen raken, opdat ze de nabijheid en tederheid van de Vader die vergeeft, kunnen ontdekken. Laten we die momenten niet verloren laten gaan door gedragingen die in tegenspraak zijn met de ervaring van barmhartigheid waarnaar de Biechteling zoekt. Laten we liever helpen de ruimte van het persoonlijke geweten te verlichten met Gods oneindige liefde. Vgl. 1 Joh. 3, 20
Het Sacrament van de verzoening moet zijn centrale plaats in het christelijk leven terugvinden. Dit vereist dat priesters zich ten dienste stellen van "de dienst van de verzoening" (2 Kor. 5, 18) zodat niemand die ernstig berouw heeft de toegang tot de Vader, die op zijn terugkeer wacht, geweigerd wordt en zodat de mogelijkheid om de bevrijdende kracht van de vergeving te ervaren aan iedereen geschonken wordt.
Een goed initiatief daartoe is 24 uren voor de Heer, dat gevierd kan worden rond de vierde zondag van de veertigdagentijd. Dit initiatief, dat al plaatsvond in veel bisdommen, is van een grote pastorale waarde: het moedigt een intense beleving aan van het Sacrament van de verzoening.