• Database vol kerkelijke documenten
  • Geloofsverdieping
  • Volledig in het Nederlands
  • Beheerd door vrijwilligers

Zoeken in kerkelijke documenten en berichten

x
En toch, eerbiedwaardige broeders, de leer van Jezus Christus, de enige, die de mensen de beginselen van het geloof kan voorhouden, die de geest scherpt, de ziel met goddelijke kracht verrijkt, en voor de steeds toenemende moeilijkheden de juiste oplossing geeft; en met haar de werkzaamheid van de Kerk, die deze leer alom verbreidt, aan het mensdom leert en het vormt naar de beginselen van het Evangelie: die beide worden meermalen door vijandelijke verdenkingen belasterd, alsof zij de essentiële rechten van het staatsgezag aan het wankelen zouden brengen en in zijn rechten zouden treden.
Tegen deze verdenkingen verklaren wij met apostolische oprechtheid met volledig behoud van al wat onze voorganger onsterfelijker gedachtenis, Pius XI, in de encycliek Paus Pius XI - Encycliek
Quas Primas
Over het feest van Christus Koning
(11 december 1925)
van 11 december 1925 over het gezag van Jezus Christus-Koning en van Zijn Kerk heeft geleerd - dat die bedoelingen aan de Kerk geheel vreemd zijn. Want de Kerk strekt met moederlijke liefde haar armen naar alle mensen uit, niet om over hen te heersen, maar om hen te dienen zoveel zij kan. Evenmin tracht zij zich te stellen op de bijzondere, eigen plaats, die aan andere wettige gezagsdragers toekomt. Veeleer is zij hun tot hulp, doordrongen als zij is van de geest van haar goddelijke stichter, en de voetstappen drukkend van Hem, die “weldoende rondging”. (Hand. 10, 38)
De Kerk leert immers en predikt, dat men aan de aardse machten, die hun hoge oorsprong aan God ontlenen, gehoorzaamheid en eerbied verschuldigd is. Zij volgt het bevel van Christus de Heer op: “Geeft de keizer, wat de keizer toekomt.” (Mt. 22, 21) Zij die in haar heilige liturgie zingt: “Die het hemelrijk geeft, rooft het aardse rijk niet” Hymne van het Feest van Epfianie, streeft er niet naar, de rechten van anderen tot zich te trekken. Ook onderdrukt zij de menselijke vermogens niet, maar heft ze op naar al wat groot en edel is; zij vormt mensen van karakter, die hun gewetensplicht niet verraden. Zij die zoveel volken en geslachten tot hogere beschaving heeft opgevoerd, heeft volstrekt nooit het mensdom in zijn vooruitgang belemmerd, maar veeleer verheugt zij zich met moederlijke blijdschap in de schittering ervan. Wat de Kerk nastreeft, dat hebben de engelen, die boven de kribbe zweefden van het mensgeworden Woord op waarlijk bewonderenswaardige wijze verkondigd: “Eere aan God in de hoge, en op aarde vrede aan de mensen van goede wil”. Vgl. Lc. 2, 14 Dezen vrede, die de wereld niet geven kan, heeft de goddelijke Verlosser zelf als een heilige erfenis aan Zijn leerlingen nagelaten met de woorden: “Mijn vrede laat ik u, Mijn vrede geef ik u”. (Joh. 14, 27) En deze vrede is dan ook, evenals in het verleden, zo ook thans en in de toekomst het deel van de ontelbare, die de wet van Jezus Christus, als het ware in de geboden van de liefde tot God en tot de naaste kort samengevat, met bereidwillig hart aanvaarden. Reeds sinds bijna twee duizend jaar bewijst de geschiedenis, die “leermeesteres van het leven” Cicero, Oratione L. II, 9, zoals de grote redenaar haar kernachtig noemt, zonneklaar de waarheid van het woord van de heilige Schrift: dat “hij, die God weerstaat, de vrede niet bezit". Vgl. Job 9, 4 Want Christus alleen is de enige “hoeksteen” (Ef. 2, 20), waarop en de burgerlijke maatschappij en de enkeling veilig stand kunnen houden.
Op die hoeksteen nu is de Kerk gebouwd, en daarom zullen vijandelijke machten haar noch kunnen uitroeien, noch vernietigen: “De poorten der hel zullen niets vermogen.” (Mt. 16, 18) Integendeel, de strijd naar binnen en naar buiten versterkt nog haar kracht, bereidt haar nieuwe overwinningen en schenkt haar nieuwe erekransen. Daarentegen, ieder ander gebouw, dat niet op de leer van Christus als op zijn fundament berust, zal blijken op los zand te zijn gebouwd en daarom eens jammerlijk ineenstorten. Vgl. Mt. 7, 26.27

Document

Naam: SUMMI PONTIFICATUS
Over de eenheid van de menselijke maatschappij
Soort: Paus Pius XII - Encycliek
Auteur: Paus Pius XII
Datum: 20 oktober 1939
Copyrights: © 1940, Ecclesia Docens 0113, Uitg. Gooi & Sticht, Hilversum
Vert.: F.A.J. van Nimwegen, C.ss.R.
Bewerkt: 12 november 2020

Opties

Internetadres
Print deze pagina
Dit document bestellen
Startpagina van dit document
Inhoudsopgave van dit document
Referenties naar dit document
Referenties vanuit dit document
RK Documenten wordt mogelijk gemaakt door donaties van gebruikers.
© 1999 - 2024, Stg. InterKerk, Schiedam, test