SUMMI PONTIFICATUSOver de eenheid van de menselijke maatschappij
(Soort document: Paus Pius XII - Encycliek)
Paus Pius XII -
20 oktober 1939
Zeker, eerbiedwaardige broeders, het miskennen van de wet van de ieder en allen omvattende liefde — de enige, die een duurzame vrede bewerken kan, omdat zij de vlammen van haat uitdooft en de tegenstellingen verzwakt — is een bron van vele en grote rampen voor het vreedzaam samenleven van de volken. Maar niet minder nadelig voor alle natiën, en voor heel het gezin der mensheid, dat alle volken omvat, is de dwaling, die op vermetele wijze de staatsmacht losmaakt van iedere band met het eeuwig Wezen, waarvan als van hun eerste oorzaak en oppersten meester zowel ieder mens afzonderlijk als ook de menselijke gemeenschap afhankelijk is. Dit is des te meer waar, omdat men daarbij de staatsmacht los maakt van alle hogere wetten, die in God als in haar eerste bron haar oorsprong hebben, en omdat men aan de staatsmacht een onbeperkte vrijheid van handelen toekent, die alleen aan veranderlijke, wispelturige persoonlijke willekeur wordt overgelaten, of aan willekeurige besluiten, waarbij alleen maar rekening wordt gehouden met de eisen van politiek en het bereiken van bepaalde voordelen.
Het onverbiddelijke gevolg van deze verwerping van Gods gezag en van de dwingende kracht Zijner wet is, dat de staatsmacht de meest volstrekte autonomie, die aan de hoogste Schepper alleen toekomt, voor zich opeist; dat zij, in plaats van de Schepper, de staat of de gemeenschap tot einddoel van heel het menselijk leven en tot de hoogste norm in de juridische en zedelijke orde maakt, en dus ieder beroep op de beginselen van de natuurlijke rede of van het christelijk geweten van de hand wijst.
© 1940, Ecclesia Docens 0113, Uitg. Gooi & Sticht, Hilversum
Vert.: F.A.J. van Nimwegen, C.ss.R.