Joseph Kardinaal Ratzinger - 4 november 1999
Aan de ondertekening van de katholiek-lutherse consensus over de grondvragen van de rechtvaardigingsleer zijn velerlei polemieken, strijd, verdachtmakingen, handtekeningsacties voorafgegaan, waarin zich de moeilijkheid van zulke ontmoeting na honderden jaren vijandigheid openlijk toonde. Toen op 31 oktober 1999 langs beide zijden de handtekening onder Pauselijke Raad ter bevordering vd Eenheid vd Christenen
Gemeenschappelijke Verklaring over de Rechtvaardigingsleer door de Rooms Katholieke Kerk en Lutherse Wereld Federatie
(31 oktober 1999) werd gezet, brak dan toch de vreugde door: het heimwee naar de eenheid is reëel. En nu bespeurt men dat dit heimwee niet in het luchtledige tolt. Ook wanneer men de inhoud van de gebeurtenis niet precies verstond, was er eenvoudig een verademing aanwezig over het feit dat de eenheid gegroeid was, dat de last van de scheiding geringer was geworden. De gebeurtenis als dusdanig gaf moed; wat ze werkelijk betekent moet verklaard worden.