
H. Paus Johannes Paulus II - 19 november 1980
En daarmee ben ik weer bij u, mijn bejaarde broeders en zusters, en bij de troost die u van mij verwacht. Een spreekwoord zegt: 'Ben je eenzaam, bezoek dan iemand die nog eenzamer is dan jij!' Deze wijsheid zou ik u op het hart willen binden. Stelt uw gedachten open voor die reisgenoten die het in een of ander opzicht nog slechter gaat dan u, die u in een of ander opzicht kunt helpen -dooreen gesprek, dooreen handreiking, een boodschap of ten minste door uw medeleven te doen blijken. Ik beloof het u in de naam van Jezus: U zult daarin kracht en troost vinden. Vgl. Hand. 20, 35 Zo praktiseert u tevens in het klein wat wij allen in het groot zijn. Wij zijn een lichaam met vele ledematen: de hulp-biedenden en de hulp-ontvangenden, de gezonden en de zieken, de jongeren en de bejaarden; zij die in het leven hun prestaties reeds hebben geleverd, zij van wie volop prestaties worden verlangd, en zij die pas naar maatschappelijke volwassenheid toegroeien; zij die jong zijn en zij die eenmaal jong waren; zij die oud zijn en zij die morgen oud zullen zijn. Wij allen maken met elkaar de volheid van het lichaam van Christus zichtbaar en in een proces van rijping komen wij met elkaar tot deze volheid - 'tot de volmaakte Man, tot de gehele omvang van de volheid van de Christus' (Ef. 4, 13).