21 november 1964
LUMEN GENTIUM Over de Kerk |
|||
► | De Heilige Maagd en Moeder Gods Maria in het geheim van Christus en de Kerk | ||
► | Inleiding | ||
► | De bedoeling van dit hoofdstuk |
Daarom wil het heilig Concilie bij zijn behandeling van de leer omtrent de Kerk, waarin de goddelijke Verlosser het heil bewerkt, zorgvuldig de taak belichten van de heilige Maagd in het mysterie van het mensgeworden Woord en van het mystieke Lichaam, en tevens de plichten uiteenzetten van de verlosten jegens de Moeder Gods, de Moeder van Christus en de Moeder van de mensen, vooral van de gelovigen, zonder daarbij de bedoeling te hebben, een volledige leer over Maria te geven of een uitspraak te doen omtrent vraagstukken, die door de theologen nog niet ten volle tot klaarheid zijn gebracht. Er blijft dus volledig recht van bestaan voor de meningen, door de verschillende theologische richtingen onder de katholieken vrij verdedigd omtrent haar, die in de heilige Kerk na Christus het hoogste staat en tevens ons het meest nabij. Vgl. H. Paus Paulus VI, Toespraak, Plechtige sluiting van de 2e Zittingsperiode van het Tweede Vaticaans Concilie, Tempus Iam Advenit (4 dec 1963), 21