21 november 1964
Gelijk de Moeder van Jezus, in de hemel thans verheerlijkt naar lichaam en ziel, een beeld en begin is van de Kerk, die haar voltooiing zal vinden in het toekomstig leven, zo licht zij hier op aarde het volk Gods op pelgrimstocht voor als een teken van vaste hoop en van troost, totdat eens de dag des Heren komt. Vgl. 2 Pt. 3, 10