
21 november 1964
Iedere leek moet voor het forum van de wereld een getuige zijn van de verrijzenis van en het leven van de Heer Jezus en een teken van de levende God. Allen tezamen en ieder afzonderlijk, volgen zijn eigen mogelijkheden moeten de wereld verrijken met geestelijke vruchten Vgl. Gal. 5, 22 en zij moeten in de wereld de geest verbreiden van die armen en zachtmoedigen en vredebrengers, die de Heer in het Evangelie zalig heeft geprezen, Vgl. Mt. 5, 3-9 .
In één woord "wat de ziel is in het lichaam, dat moeten de Christenen zijn in de wereld" Apostolische Vader, Brief aan Diognetus. 6: ed. Funk, 1, p. 400 Vgl. H. Johannes Chrysostomos, Preek over het Evangelie volgens Mattheüs, In Matthaeum Homilia. 46 (47), 2: P.G. 58, 478, het zuurdeeg in de massa.