21 november 1964
Gelijk alle gelovigen, hebben de leken het recht om van hun herders in overvloed hun aandeel te ontvangen uit de geestelijke goederen van de Kerk, vooral de hulpmiddelen van het woord Gods en de Sacramenten Wetboek, Codex Iuris Canonici (1917) (27 mei 1917), 682 en zij moeten hun noden en verlangens aan hen bekend maken met de vrijheid en het vertrouwen van kinderen Gods en broeders in Christus. Overeenkomstig hun wetenschap, bekwaamheid en prestige hebben zij het recht en soms zelfs de plicht, hun mening te uiten over zaken, die het welzijn van de Kerk betreffen. Vgl. Paus Pius XII, Toespraak, Tot het eerste internationale congres voor lekenopostolaat, De quelle consolation (14 okt 1951), 25. "In de beslissende veldslagen komen dikwijls de gelukkigste initiatieven van het front..." Vgl. Paus Pius XII, Toespraak, L'importance de la presse catholique (17 feb 1950), 22.23 In voorkomende gevallen moet dit geschieden via de door de Kerk hiervoor ingestelde organen, en altijd met waarheidsliefde, moed en prudentie en met eerbied en liefde jegens hen, die krachtens hun heilig ambt Christus vertegenwoordigen.
Gelijk alle gelovigen, moeten de leken de bepalingen die de herders, de vertegenwoordigers van Christus, geven als leraars en bestuurders in de Kerk, bereidwillig en in christelijke gehoorzaamheid aanvaarden, daarbij het voorbeeld volgend van Christus, die, door zijn gehoorzaamheid tot de dood, de gelukkige weg van de vrijheid der kinderen Gods voor alle mensen heeft geopend. Zij mogen niet nalaten, hun leiders aan God aan te bevelen in hun gebed, want zij zijn het, die over ons waken, wetend, dat zij rekenschap moeten afleggen; dan zullen zij dit met vreugde doen en niet onder zuchten. Vgl. Hebr. 13, 17 .
De herders van hun kant moeten de waardigheid en de verantwoordelijkheid van de leken in de Kerk erkennen en bevorderen; zij moeten zich graag van hun adviezen bedienen, hun met vertrouwen functies opdragen ten behoeve van de Kerk, hun de nodige vrijheid en armslag laten bij hun handelen, en hen zelfs stimuleren om ook uit eigen beweging activiteiten te ondernemen. Met de liefde van een vader moeten zij aan de initiatieven, wensen en verlangens van de leken een nauwgezette aandacht schenken om Christus' wil Vgl. 1 Tess. 5, 19 Vgl. 1 Joh. 4, 1 De herders moeten de rechtmatige vrijheid, die iedereen in de wereldlijke samenleving bezit, gewetensvol eerbiedigen.
Van dit vertrouwelijke contact tussen leken en herders mag men voor de Kerk talloze voordelen verhopen. Het versterkt nl. in de leken het gevoel persoonlijke verantwoordelijkheid, het prikkelt hun energie en zij schenken daardoor gemakkelijker hun hun steun aan de arbeid van de herders. Deze van hun kant kunnen, profiterend van de ervaring van de leken, zich een scherper en juister oordeel vormen in geestelijke en tijdelijke aangelegenheden. Zo zal heel de Kerk, gesteund door al haar leden, de zending voor het leven van de wereld met meer vrucht kunnen vervullen.