Paus Eugenius IV - 4 september 1436
[De synodevaders van het Concilie van Basel] … hebben drie voorstellen aangedragen, die zij waarheden van het geloof noemen, alsof zij Ons en alle vorsten en prelaten en de andere gelovigen en toegewijden van de Apostolische Stoel tot ketter wilden maken, waarvan de inhoud volgt in deze woorden:
"De waarheid, die over de macht van het algemene concilie dat de gehele kerk representeert over de paus en ieder ander is verkondigd door het algemene Concilie van Konstanz en dit van Basel, is een katholieke geloofswaarheid.
Deze waarheid, dat de paus een algemeen concilie, dat de gehele kerk representeert en dat metterdaad rechtmatig is samengeroepen aangaande de verklaringen over de voornoemde waarheid, geheel niet zonder enige toestemming van haar [= de Kerk] met zijn gezag kan ontbinden, of kan verschuiven naar een ander tijdstip of van de ene plaats naar de andere kan verplaatsen, is een katholieke waarheid.
Die zich volhardend verzet tegen voornoemde waarheden moet als ketter beschouwd worden."
[Verwerping:] … En die voorstellen hierboven beschreven volgens het verkeerde begrip van die mensen uit Basel dat zij door hun handelswijze tonen [veroordelen wij], als tegengesteld aan het gezonde betekenis van de heilige Schrift en van de heilige Vaders en van het Concilie van Konstanz zelf, en eveneens veroordelen en verwerpen wij het voornoemde en goedgekeurde besluit van de verklaring of afwijzing met alles wat daaruit volgt en in de toekomst kan volgen, als goddeloos en schandalig en neigend naar een duidelijke scheuring in Gods Kerk en verwarring van de gehele kerkelijke ordening en het christelijke leiderschap, onder goedkeuring van het heilige concilie zelf, en verklaren wij de voorstellen tot veroordeeld en verworpen.