Paus Franciscus - 2 februari 2015
Afgelopen maart heb ik de Pauselijke Commissie ter bescherming van Minderjarigen opgericht nadat ik dit eerder al in december 2013 had aangekondigd, met de bedoeling om voorstellen en initiatieven te bieden om de regels en procedures voor de bescherming van minderjarigen en kwetsbare volwassenen te verbeteren. Daarna heb ik een aantal zeer gekwalificeerde personen, bekend om hun werk op dit gebied, in de commissie benoemd.
Bij mijn ontmoeting, in juli, met mensen die seksueel misbruikt waren door priesters, was ik zeer geraakt door hun getuigenis van de diepgang van hun lijden en de kracht van hun geloof. Deze ervaring herbevestigde mijn overtuiging dat al het mogelijke moet worden gedaan om de Kerk te verlossen van de gezel van het seksueel misbruik van minderjarigen en wegen naar verzoening en genezing te ontsluiten voor hun die misbruikt zijn.
In december heb ik nieuwe leden toegevoegd aan de commissie om de plaatselijke kerken uit de hele wereld te vertegenwoordigen. Over enkele dagen zullen alle leden voor het eerst bijeenkomen in Rome.
Gezien het bovenstaande geloof ik dat de commissie een nieuw, belangrijk en effectief middel kan zijn om mij te helpen de Kerk op ieder niveau – bisschoppenconferenties, bisdommen, instituten van gewijd leven en gemeenschappen van apostolisch leven – te bemoedigen en hun toewijding te bevorderen om welke stappen dan ook te nemen die nodig zijn om de bescherming van minderjarigen en kwetsbare volwassenen te verzekeren, en op hun behoeften met eerlijkheid en genade te reageren.
Gezinnen moeten weten dat de Kerk alles doet om hun kinderen te beschermen. Ze moeten ook weten dat ze alle recht hebben om zich met vol vertrouwen tot de Kerk te keren, want het is een veilig en beschermd thuis. Als gevolg daarvan moet welke andere zorg, van welke aard dan ook, zoals het verlangen om een schandaal te voorkomen, geen prioriteit krijgen, want er is absoluut geen plaats in het pastoraat voor zij die minderjarigen misbruiken.
Al het mogelijke moet ook worden gedaan om de bepalingen uit Congregatie voor de Geloofsleer
Rondzendbrief om de bisschoppenconferenties te helpen richtlijnen op te stellen voor de behandeling van gevallen van seksueel misbruik van minderjarigen door clerici
(3 mei 2011) van de Congregatie voor de Geloofsleer, van 3 mei 2011, volledig uit te voeren. Dit document werd uitgevaardigd om bisschoppenconferenties te helpen om richtlijnen op te stellen voor het omgaan met gevallen van seksueel misbruik van minderjarigen door geestelijken. Het is net zo belangrijk dat bisschoppenconferenties praktische middelen instellen om periodiek hun regels te beoordelen en te controleren dat deze worden nageleefd.
Het is de verantwoordelijkheid van diocesane bisschoppen en hogere oversten om vast te stellen dat de veiligheid van minderjarigen en kwetsbare volwassenen verzekerd is in parochies en andere kerkelijke instanties. De verschillende bisdommen, instituten van gewijd leven en gemeenschappen van apostolisch leven worden gemaand om pastorale zorgprogramma’s in te stellen waaronder ook voorzieningen voor psychologische en geestelijke zorg vallen, als een weergave van de taak van de Kerk om het medeleven van Jezus naar degenen die misbruikt zijn en hun gezinnen uit te drukken. Pastores en de leiders van religieuze gemeenschappen zouden beschikbaar moeten zijn om slachtoffers en hun naasten te ontmoeten; zulke ontmoetingen zijn waardevolle kansen om te luisteren naar mensen die zwaar hebben geleden en hen om vergeving te vragen.
Om al deze redenen vraag ik u nu om uw nauwe en volledige samenwerking met de Commissie voor de Bescherming van Minderjarigen. Het werk dat ik hen heb toevertrouwd omvat het bieden van assistentie aan u en uw conferenties door middel van een uitwisseling van beste werkwijzen en door onderwijs- en trainingsprogramma’s en het ontwikkelen van toereikende antwoorden op seksueel misbruik.
Moge de Heer Jezus ieder van ons, als dienaars van de Kerk, dezelfde liefde en affectie voor de kleinsten inprenten die Zijn eigen aanwezigheid onder ons kenmerkte, en die ons een bijzondere verantwoordelijkheid voor het welzijn van kinderen en kwetsbare volwassenen oplegt. Moge de allerheiligste Maria, Moeder van tederheid en genade, ons helpen om vrijgevig en grondig onze plicht uit te voeren om nederig ongerechtigheden uit het verleden te erkennen en te herstellen, en steeds trouw te blijven in de bescherming van degenen die het dichts bij het hart van Jezus zijn.
Uit het Vaticaan, 2 februari 2015
Feest van de Opdracht van de Heer
FRANCISCUS