
H. Paus Johannes Paulus II - 28 juni 1988
§ 1. Het komt hem toe om de zaken die nodig zijn voor de liturgische en voor de andere heilige vieringen, die door de Paus of in Zijn naam worden verricht, te schikken en deze volgens de geldende liturgische voorschriften te leiden.
§ 2. De Meester van de pauselijke Liturgische Vieringen wordt door de Paus voor vijf jaar benoemd; de pauselijke ceremoniemeesters, die hem bij heilige vieringen bijstaan, worden door het Staatssecretariaat ook voor dezelfde tijd benoemd.