Aangezien dagelijks het aantal aanvragen om dispensatie in een niet-voltooid huwelijk die door de Christengelovigen aan de Apostolische Stoel zijn voorgelegd, groeit, leek het de Congregatie voor de tucht van de sacramenten wenselijk aan de Paus te vragen enkele verbeteringen aan te brengen in de rechtens vastgestelde normen, teneinde aldus meer tegemoet te komen aan het welzijn van de gelovigen door een zorgvuldigere instructie en omschrijving van dit soort processen. Na de wensen van de congregatie en de dringende verzoeken van enkele zielenherders zorgvuldig te hebben bekeken, heeft de Paus, die de volle bevoegdheid heeft de band van een niet-voltooid huwelijk te ontbinden, Wetboek, Codex Iuris Canonici (1917) (27 mei 1917), 1119 H. Paus Johannes XXIII, Motu Proprio, De disciplina Sacramenti matrimonii pro Ecclesia Orientali, Crebrae allatae sunt (22 feb 1949), 108. Canon 108 een nader onderzoek van die wensen en verzoeken opgedragen aan de plenaire vergadering van de vaders die aan het hoofd staan van bovengenoemde congregatie.

Nadat de vragen in de plenaire vergadering nauwkeurig zijn onderzocht en nadat het katholiek episcopaat is gehoord, heeft de Paus het volgende willen bepalen: