4 december 1963
Onze Verlosser heeft bij het laatste avondmaal, in de nacht, waarin Hij werd verraden, het eucharistisch Offer van Zijn Lichaam en Bloed ingesteld, om hierdoor het kruisoffer door de eeuwen heen voort te zetten tot aan Zijn komst en zo aan Zijn geliefde bruid, de Kerk, het gedachtenisteken van Zijn dood en verrijzenis toe te vertrouwen: het sacrament van goedheid, teken van eenheid, band van liefde Vgl. H. Augustinus, In Iohannis Evangelium Tractatus. XXVI, cap.VI,n.13: PL35,613., het paasmaal, "waarin Christus wordt genuttigd, de ziel met genade wordt vervuld en ons een onderpand wordt geschonken van de toekomstige heerlijkheid." Romeins Brevier, in de tweede vespers van Sacramentsdag, antifoon bij het Magnificat.