
Francis Kardinaal Arinze - 25 maart 2004
Met grote droefenis moet dan ook worden vastgesteld dat "oecumenische initiatieven, hoe goed ook bedoeld, wijd en zijd zich eucharistische gewoonten veroorloven die tegengesteld zijn aan de discipline waarmee de Kerk haar geloof tot uitdrukking brengt". Toch is de gave van de Eucharistie "te groot om dubbelzinnigheid en verschraling te kunnen verdragen". Vandaar dat het passend is een en ander te corrigeren en exacter te bepalen, opdat ook hierin "de Eucharistie in heel de glans van haar mysterie blijft stralen". H. Paus Johannes Paulus II, Encycliek, De Kerk leeft van de Eucharistie, Ecclesia de Eucharistia (17 apr 2003), 10