10 juni 2014
Dit tweede hoofdstuk richt zich op de aard van de sensus fidei fidelis. Het benut met name het klassieke theologische kader van argumenten en categorieën, om te reflecteren op de werking van het geloof in individuele gelovigen. Natuurlijk is de Bijbelse visie op het geloof breder, maar de klassieke benadering laat een wezenlijk aspect zien: het intellect omarmt, in liefde, de geopenbaarde waarheid. Deze conceptualisering van het geloof is ook vandaag de dag verhelderend voor het verstaan van de sensus fidei fidelis. In deze context kijkt dit hoofdstuk ook naar enkele manieren waarop de sensus fidei fidelis zich concreet toont in het persoonlijke leven van een gelovige, waarbij het vanzelf spreekt dat de persoonlijke en de kerkelijke aspecten van de sensus fidei onafscheidelijk zijn.