
10 juni 2014
Er hoort natuurlijk een constante communicatie en regelmatige dialoog over praktische kwesties en zaken van geloof en zeden te zijn tussen de leden van de Kerk. Publieke opinie is een belangrijke vorm waarin die communicatie binnen de Kerk plaatsvindt. ‘Omdat de Kerk een levend organisme is, heeft zij een openbare meningsvorming nodig die de uitwisseling tussen haar leden ondersteunt. Die is onmisbaar, omdat zij anders geen voortgang kan maken in denken en handelen.’ Pauselijke Commissie voor de Sociale Communicatiemiddelen, Pastorale Instructie, in opdracht van het Tweede Vaticaans Concilie, over de middelen van sociale communicatie, Communio et Progressio (23 mei 1971), 115. waarin ook een citaat van Paus Pius XII: Er zou iets in het leven (van de Kerk) ontbreken als er geen openbare meningsvorming zou zijn. Zowel pastores als leken zou dat te verwijten zijn’ (Toespraak, 17 februari 1950, AAS XVIII (1950), p. 256. Deze ruggensteun voor een openbare uitwisseling van gedachten en meningen in de Kerk werd spoedig na Vaticanum II gegeven, en was precies gebaseerd op het onderricht van het concilie over de sensus fidei en over de christelijke naastenliefde; de gelovigen werden sterk aangemoedigd om actief deel te nemen in die openbare gedachtewisseling. ‘Katholieken moeten er zich goed van bewust zijn dat zij werkelijke vrijheid hebben om te zeggen wat hen op het hart ligt en wat voortkomt uit “geloofszin” [i.e. de sensus fidei] en uit liefde. Het komt voort uit de geloofszin die opgewekt en ondersteund wordt door de Geest van waarheid, opdat het Godsvolk, onder leiding van het leergezag dat het met getrouwheid opvolgt, onwankelbaar trouw blijft aan het geloof dat aan de jonge Kerk werd gegeven, de zin ervan door juistheid van oordeel dieper doorgrondt, en het steeds meer in zijn leven toepast. 2e Vaticaans Concilie, Constitutie, Over de Kerk, Lumen Gentium (21 nov 1964), 12 Deze vrijheid komt ook voort uit liefde. Want de liefde … brengt het Godsvolk tot een intieme deelname aan de vrijheid van Christus zelf, die ons van onze zonden heeft verlost, opdat wij vrijelijk in staat zouden zijn tot een oordeel dat overeenkomt met Gods wil. Degenen die in de Kerk in gezag zijn gesteld zullen zorgen voor een betrouwbare en vrije context voor de uitdrukking en uitwisseling van meningen onder het Godsvolk. Sterker nog, zij zullen richtlijnen en voorwaarden opstellen die dit kunnen bevorderen.’ Pauselijke Commissie voor de Sociale Communicatiemiddelen, Pastorale Instructie, in opdracht van het Tweede Vaticaans Concilie, over de middelen van sociale communicatie, Communio et Progressio (23 mei 1971), 116