Zenon Kardinaal Grocholewski - 28 oktober 2013
OPVOEDEN TOT INTERCULTURELE DIALOOG IN KATHOLIEKE SCHOLEN. LEVEN IN HARMONIE VOOR EEN BESCHAVING VAN LIEFDE | |||
► | Achtergrond | ||
► | De katholieke religie en andere religies |
Het is in deze context dat de dialoog tussen de verschillende religies een particuliere vorm aanneemt. Deze heeft z’n eigen profiel, en benadrukt in het bijzonder de expertise van de autoriteiten die binnen elke religie gelden. Natuurlijk raakt de interreligieuze dialoog, gesitueerd binnen de religieuze dimensie van de cultuur, aan sommige aspecten van interculturele educatie – echter niet aan alle aspecten, daar religie en cultuur niet identiek zijn.
Globalisatie heeft de wederzijdse afhankelijkheid van volkeren verhoogd, met hun verschillende tradities en religies. In dit opzicht zijn er diegenen die bevestigen dat verschillen door hun eigen aard oorzaken zijn van verdeeldheid en daarom hoogstens getolereerd moeten worden. Anderen geloven zelfs dat religies simpelweg het zwijgen moet worden opgelegd. “Echter, {verschillen} voorzien mensen van verschillende religies van de wonderlijke kans om samen te leven met een diep respect, achting en waardering, elkaar aanmoedigend op de wegen van God.” Paus Benedictus XVI, Toespraak, Notre Dame Centrum, Jeruzalem (Israël), Tot de religieuze leiders (11 mei 2009)
Dit in overweging nemend, meent de Katholieke Kerk dat de nood aan dialoog steeds belangrijker wordt. Zo’n dialoog, beginnend van een bewustwording van de eigen geloofsidentiteit, kan mensen helpen in contact te treden met andere religies. Dialoog betekent niet enkel praten, maar omvat alle heilzame en constructieve interreligieuze relaties, zowel met individuen als met gemeenschappen van andere geloofsovertuigingen, om zo tot een wederzijds begrip te komen. Vgl. Congregatie voor de Geloofsleer, Verklaring over de uniciteit en heilbrengende universaliteit van Jezus Christus en de Kerk, Dominus Iesus (6 aug 2000), 7 Vgl. Internationale Theologische Commissie, Het Christendom en de godsdiensten (30 sept 1997), 114. De Internationale Theologische Commissie onderlijnde hoe interreligieuze dialoog “medenatuurlijk is aan de christelijke roeping. Het is ingeschreven in de dynamiek van de levende traditie van het mysterie van de redding, waarvan het universele sacrament de kerk is” Vgl. Internationale Theologische Commissie, Het Christendom en de godsdiensten (30 sept 1997), 116. Als uitdrukking van deze traditie is interreligieuze dialoog geen individueel of privé-initiatief, daar “het niet christenen zijn die gezonden zijn, maar de Kerk; het zijn niet hun eigen ideeën die ze voorstaan maar de ideeën van Christus; het zal niet hun retoriek zijn die harten zal raken maar de Heilige Geest zal dit doen, de Parakleet. Om trouw te zijn aan het ‘aanvoelen van de Kerk’ smeekt de interreligieuze dialoog om de nederigheid van Christus en de transparantie van de Heilige Geest”
Dialoog met zowel individuen als gemeenschappen van andere religies wordt gemotiveerd door het feit dat we allemaal schepselen zijn van God. God is werkzaam in elke mens die, door de rede, het mysterie van God heeft aangevoeld en universele waarden herkent. Meer zelfs, dialoog vindt zijn bestaansrede in het zoeken naar het erfgoed van gemeenschappelijke ethische waarden die worden gevonden in de verschillende religieuze tradities. Op deze manier kunnen gelovigen bijdragen aan het bevestigen van het gemeenschappelijke goed, rechtvaardigheid en vrede. Daarom, “aangezien velen snel zijn om de gemakkelijk zichtbare verschillen tussen religies aan te duiden, worden wij als gelovigen en religieuze personen uitgedaagd om met klaarheid te verkondigen wat gemeenschappelijk is en wat we delen.” Paus Benedictus XVI, Toespraak, Notre Dame Centrum, Jeruzalem (Israël), Tot de religieuze leiders (11 mei 2009)
Daarnaast stopt de dialoog die door de Katholieke Kerk met andere kerken en christelijke gemeenschappen wordt uitgebouwd niet bij wat we gemeenschappelijk hebben, maar wil het hoogste doel bereiken, het herwinnen van de verloren eenheid. Vgl. 2e Vaticaans Concilie, Decreet, Over de oecumene, Unitatis Redintegratio (21 nov 1964), 4 Het oecumenisme heeft als een zichtbare eenheid onder de Christenen als doel, waarvoor Jezus bad voor zijn discipelen: Ut omnes unum sint, dat ze allen een mogen zijn (Joh. 17, 21).
Er zijn verschillende manieren waarop gelovigen de dialoog kunnen aangaan: er is de dialoog van het leven, met het delen van vreugde en verdriet; de dialoog van de daden, waarin wordt samengewerkt om de ontwikkeling van mannen en vrouwen te bevorderen; theologische dialoog, wanneer dit mogelijk is, door de studie van elkaars religieus erfgoed; en de dialoog van de religieuze ervaring.
Deze dialoog is hoegenaamd geen compromis, maar eerder een raster voor wederkerig getuigen tussen gelovigen die andere religies aanhangen. Op deze manier kan men de religie van de ander dieper en beter verstaan, alsook de ethische gedragingen die eruit voortkomen. Uit de directe en objectieve kennis van de andere persoon, en van de religieuze en ethische verwachtingen die voortkomen uit zijn of haar religieuze geloofsopvattingen en praktijken, groeien respect en wederkerige achting, wederzijds begrip, vertrouwen en vriendschap. “Om waar te zijn, moet deze dialoog duidelijk zijn, relativisme en syncretisme vermijden, terwijl deze tegelijkertijd gekenmerkt moet zijn door oprecht respect voor anderen in een geest van verzoening en broederlijkheid.” Paus Benedictus XVI, Toespraak, Nieuwjaarswensen 2008 - Sala Regia, Tot het diplomatieke korps geaccrediteerd aan de Heilige Stoel (7 jan 2008)
Klaarheid in dialoog betekent in het bijzonder trouw aan de eigen christelijke identiteit. “Christendom veronderstelt Jezus van Nazareth. Hij, zo geloven we, is de eeuwige Logos die vlees werd om de mens met God te verzoenen en de dieperliggende reden van alle dingen te onthullen. Hij is het die we brengen naar het forum van de interreligieuze dialoog. Het brandend verlangen om te volgen in zijn voetstappen spoort christenen aan om hun geesten en harten te openen tot dialoog Vgl. Lc. 10, 25-37 Vgl. Joh. 4, 7-26 ” Paus Benedictus XVI, Toespraak, Interreligieuze ontmoeting in het Paus Johannes Paulus II Centrum, Washington, Een eensgezinde maatschappij kan ontstaan vanuit de verscheidenheid van mensen (voorlopig Engelstalige versie) (17 apr 2008) De Katholieke Kerk verkondigt dat “Jezus Christus een betekenis en een waarde heeft voor de mensheid en geschiedenis van de mens, die uniek en singulier zijn, eigen aan hem alleen, exclusief, universeel en absoluut. Jezus is het Woord van God die mens is geworden voor de redding van ons allen.” Congregatie voor de Geloofsleer, Verklaring over de uniciteit en heilbrengende universaliteit van Jezus Christus en de Kerk, Dominus Iesus (6 aug 2000), 15 Daarom, aangezien het de onmisbare voorwaarde is voor interreligieuze dialoog, is het ook de onmisbare voorwaarde voor adequate intercultureel onderwijs wat niet gescheiden is van de eigen religieuze identiteit.
Katholieke scholen en instituten voor hoger onderwijs zijn belangrijke plekken voor dit soort onderwijs. Wat een onderwijskundige instelling tot ‘katholiek’ maakt is de oproeping door de instelling van een christelijke bevatting van de realiteit, “de eigen katholieke kwaliteit, namelijk de verwijzing ervan naar een christelijk verstaan van het leven met Christus in het middelpunt.” Congregatie voor de Katholieke Vorming, De Katholieke School (19 mrt 1977), 33 Daarom “zijn katholieke scholen zowel plaatsen van evangelisatie, goed ontwikkeld onderwijs, inculturatie en initiatie in de dialoog van het leven onder jonge mensen van verschillende religies en sociale achtergronden.” H. Paus Johannes Paulus II, Postsynodale Apostolische Exhortatie, De Kerk in Afrika, Ecclesia in Africa (14 sept 1995), 102 Paus Franciscus verklaarde in een toespraak aan een Albanese school, die “na lange jaren van onderdrukking van religieuze instellingen, terug actief werd in 1994, hierbij katholieke, orthodoxe en islamitische kinderen alsook verschillende leerlingen uit agnostische milieus aanvaardend en onderwijzend” dat “de school zo een plek aan het worden is voor dialoog en serene uitwisselingen om houdingen van respect, luisterbereidheid, vriendschap en een geest van samenwerking aan te moedigen.” Paus Franciscus, Toespraak, Tot de studenten van de jezuïetenscholen in Italië en Albanië (7 juni 2013)
In deze context “moet onderwijs studenten bewust maken van hun eigen wortels en referentiepunten voorzien die het voor hen mogelijk maken om hun eigen persoonlijke plaats in deze wereld te bepalen.” H. Paus Johannes Paulus II, Boodschap, Wereldvredeszondag 2001, Dialoog tussen culturen voor een beschaving van liefde en vrede (8 dec 2000), 20 Alle kinderen en jonge mensen moeten dezelfde mogelijkheden hebben om te komen tot kennis van hun eigen religie alsook van elementen die andere religies kenmerken. De kennis van andere manieren van denken en geloven neemt angsten weg en verrijkt manieren van denken over de andere persoon en zijn of haar spirituele tradities. Daarom is het de plicht van leerkrachten om altijd de menselijke persoon te respecteren die de waarheid zoekt over zijn of haar eigen zijn, alsook het waarderen en verspreiden van de grote culturele tradities die openstaan voor het transcendente en waarin een verlangen van vrijheid en waarheid wordt uitgesproken.
Deze kennis volstaat niet in zichzelf, maar creëert openingen tot dialoog. Hoe rijker de kennis, des te beter zal deze in de dialoog kunnen staan en co-existeren met mensen die andere religies aanhangen. In de context van een open dialoog tussen culturen, kunnen en moeten de verschillende religies een doorslaggevende bijdrage leveren voor de bewustwording van gemeenschappelijke waarden.
Op zijn beurt moet dialoog, de vrucht van kennis, gecultiveerd worden opdat mensen zouden samenleven en een beschaving van liefde zouden uitbouwen. Dit niet om de waarheid te bagatelliseren, maar om het doel te verwezenlijken van onderwijs, dat “een particuliere rol heeft in de uitbouw van een meer verenigde en vredevollere wereld . Het kan helpen dát integraal humanisme te bevestigen, dat openstaat voor de ethische en religieuze dimensie van het leven en dat het belang van verstaan en achting tonen voor andere culturen en de spirituele waarden daarin waardeert.” H. Paus Johannes Paulus II, Boodschap, Wereldvredeszondag 2001, Dialoog tussen culturen voor een beschaving van liefde en vrede (8 dec 2000), 20 In het intercultureel onderwijs beoogt deze dialoog “spanningen, conflicten en mogelijke botsingen door een beter verstaan onder de verschillende religieuze culturen uit welke regio dan ook te elimineren. Het kan bijdragen tot het uitzuiveren van ontmenselijkende elementen in culturen, en zo kan het aanzetten tot een transformatie. Het kan ook helpen om zekere traditionele culturele waarden die bedreigd worden door de moderniteit en het omlaag halen van het niveau die ononderscheiden internationalisatie met zich mee kan brengen toch hoog te houden.” Pauselijke Raad voor Interreligieuze Dialoog, Reflecties en oriëntaties over interreligieuze dialoog en de verkondiging van het Evangelie van Jezus Christus, Dialoog en Verkondiging (19 mei 1991), 46 “Dialoog is heel belangrijk voor onze maturiteit, omdat we groeien in de confrontatie met de andere persoon, andere culturen, en ook in de confrontatie met andere religies op de juiste manier; we ontwikkelen ons en groeien op… Deze dialoog bewerkstelligt vrede.” Paus Franciscus, Toespraak, Cortile San Damaso, Tot de studenten en leerkrachten van de Seibu Gakuen Bunry Junior High School of Saitama, Tokyo (21 aug 2013), zo heeft Paus Franciscus bevestigt.