• Database vol kerkelijke documenten
  • Geloofsverdieping
  • Volledig in het Nederlands
  • Beheerd door vrijwilligers

Zoeken in kerkelijke documenten en berichten

x

"HIJ IS ARM GEWORDEN OM ONS RIJK TE MAKEN MET ZIJN ARMOEDE" (VGL. 2 KOR. 8, 9)
Veertigdagentijd 2014

Dierbare broeders en zusters,

Ter gelegenheid van de Veertigdagentijd, bied ik u enkele overwegingen aan, opdat ze van dienst zouden kunnen zijn op de persoonlijke en gemeenschappelijke weg van bekering. Ik ga uit van de uitdrukking van de heilige Paulus: “Want de liefdedaad van onze Heer Jezus Christus hoef ik u niet in herinnering te brengen: hoe Hij om uwentwil arm is geworden, terwijl Hij rijk was, opdat gij rijk zoudt worden door zijn armoede” (2 Kor. 8, 9). De apostel wendt zich tot de Christenen van Korinthe om hen aan te sporen edelmoedig te zijn bij het helpen van de gelovigen van Jeruzalem die behoeftig zijn. Wat zeggen deze woorden van de heilige Paulus ons, Christenen van vandaag? Wat zegt de uitnodiging tot armoede, tot een arm leven in evangelische zin ons vandaag?

De genade van Christus

Allereerst zeggen ze ons wat de stijl van God is. God openbaart Zich niet met de middelen van macht en rijkdom van de wereld, maar met die van de zwakheid en de armoede: “Hij (is) om uwentwil arm (...) geworden, terwijl Hij rijk was ...”. Christus, de eeuwige Zoon van God, in macht en heerlijkheid gelijk aan de Vader, is arm geworden; Hij is neergedaald midden onder ons, is ieder van ons nabij geworden; Hij heeft zijn glorie afgelegd, heeft Zichzelf “ontledigd”, om Zich in alles aan ons gelijk te maken. Vgl. Fil. 2, 7 Vgl. Heb. 4, 15 De Menswording van God is een groot mysterie! Maar de reden van dit alles is de goddelijke liefde, een liefde die genade is, edelmoedigheid, verlangen naar nabijheid, en ze aarzelt niet zich te geven en zich op te offeren voor de geliefde schepselen. De naastenliefde, de liefde is in alles het lot van de geliefde delen. De liefde maakt gelijk, schept gelijkheid, slaat muren neer en heft afstanden op. En God heeft dit met ons gedaan. Want Jezus heeft “Met menselijke handen (...) gewerkt, met een menselijke geest (...) gedacht, met een menselijke wil (...) gehandeld, met een menselijk hart (...) liefgehad. Door zijn geboorte uit de Maagd Maria is Hij werkelijk een van de onzen geworden, in alles aan ons gelijk, behalve in de zonde” (2e Vaticaans Concilie - Constitutie
Gaudium et Spes
Over de Kerk in de wereld van deze tijd
(7 december 1965)
).

Het doel van het zich arm maken van Jezus is niet de armoede op zich, maar – zegt de heilige Paulus – “opdat gij rijk zoudt worden door zijn armoede”. Het gaat niet om een woordspeling, om een uitdrukking voor het effect! Het is in tegendeel een samenvatting van de logica van God, de logica van de liefde, de logica van de Menswording en van het Kruis. God heeft de redding niet op ons laten neervallen vanuit de hoogte, zoals de aalmoes van wie een deel van zijn eigen overvloed geeft met liefdadig piëtisme. Dit is niet de liefde van Christus! Wanneer Jezus neerdaalt in het water van de Jordaan en Zich laat dopen door Johannes de Doper, doet Hij dat niet omdat Hij boetedoening, bekering, nodig heeft; Hij doet het om Zich te midden van het volk te plaatsen, dat vergeving nodig heeft, te midden van ons zondaars, en om Zich te belasten met het gewicht van onze zonden. Dit is de weg die Hij heeft gekozen om ons te troosten, te redden, te bevrijden van onze ellende. Het treft ons dat de Apostel zegt dat we niet door middel van de rijkdom van Christus zijn bevrijd, maar door middel van zijn armoede. Toch kent de heilige Paulus de “ondoorgrondelijke rijkdom van Christus” (Ef. 3, 8), “de erfgenaam (...) van al wat bestaat” (Heb. 1, 2), heel goed.

Wat is dan deze armoede waarmee Jezus ons bevrijdt en ons rijk maakt? Het is precies zijn manier van ons liefhebben, Zich aan ons nabij maken zoals de Goede Samaritaan, die naar de man toe ging die half dood aan de kant van de weg was achtergelaten. Vgl. Luc. 10, 25. vv Dat wat ons echte vrijheid geeft, echte redding en echt geluk, is zijn medelijdende, tedere en deelnemende liefde. De armoede van Christus die ons rijk maakt is zijn mens worden, zijn op Zich nemen van onze zwakheden, onze zonden, ons de oneindige barmhartigheid van God overbrengend. De armoede van Christus is de grootste rijkdom: Jezus is rijk in zijn onbegrensd vertrouwen in God de Vader, in het Zich op elk moment toevertrouwen aan Hem, met altijd enkel en alleen de wil en de glorie van de Vader op het oog. Hij is rijk zoals een kind dat zich bemind voelt en van zijn ouders houdt en geen moment twijfelt aan hun liefde en tederheid. De rijkdom van Jezus is zijn de Zoon zijn; zijn unieke relatie met de Vader is het soevereine voorrecht van deze arme Messias. Wanneer Jezus ons uitnodigt om zijn “zachte juk” op ons te nemen, nodigt Hij ons uit om ons rijk te maken met deze “rijke armoede” en “arme rijkdom” van Hem, om zijn Geest van zoonschap en broederschap met Hem te delen, en zonen en dochters in de Zoon, broeders en zusters in de Eerstgeboren Broeder te worden. Vgl. Rom. 8, 29

Er is gezegd dat het enige echt trieste is geen heiligen te zijn; L. Bloy we zouden ook kunnen zeggen dat er maar één enkele ellende is: niet te leven als kinderen van God en broeders en zusters van Christus.

Ons getuigenis

We zouden kunnen denken dat deze “weg” van de armoede die van Jezus geweest is, terwijl wij, die na Hem komen, de wereld kunnen redden met adequate menselijke middelen. Zo is het niet. In elk tijdperk en in elke plaats blijft God de mensen en de wereld redden door middel van de armoede van Christus, die Zich arm heeft gemaakt in de Sacramenten, in het Woord en in Zijn Kerk, die een volk van armen is. De rijkdom van God kan niet door onze rijkdom heen gaan, maar altijd alleen door onze persoonlijke en gemeenschappelijke armoede, bezield door de Geest van Christus.

In navolging van onze Meester zijn wij Christenen ertoe geroepen de ellende van de broeders te bezien, aan te raken, op ons te nemen en concreet te werken om die te verlichten. Ellende is niet hetzelfde als armoede; de ellende is de armoede zonder vertrouwen, zonder solidariteit, zonder hoop. We kunnen drie soorten ellende onderscheiden: de materiële ellende, de morele ellende en de spirituele ellende. De materiële ellende is die welke gewoonlijk armoede wordt genoemd en degenen treft die in een toestand leven die hun menselijke persoon onwaardig is: verstoken van grondrechten en basisbenodigdheden zoals voedsel, water, hygiënische omstandigheden, werk, de mogelijkheid tot ontwikkeling en culturele groei. Tegenover deze ellende biedt de Kerk haar dienst aan, haar diaconie, om in de behoeften te voorzien en deze wonden, die het aangezicht van de mensheid misvormen, te genezen. In de armen en in de laatsten zien we het aangezicht van Christus; in het beminnen en helpen van de armen beminnen en dienen we Christus. Onze inspanningen zijn er ook op gericht te zorgen dat een eind wordt gemaakt aan de schendingen van de menselijke waardigheid, de discriminatie en de onderdrukking, die in veel gevallen de oorzaak zijn van de ellende. Wanneer macht, luxe en geld afgoden worden, wordt de eis van een gelijke verdeling van de rijkdom er ondergeschikt aan gemaakt. Daarom is het noodzakelijk dat de gewetens zich bekeren tot de gerechtigheid, de gelijkheid, de soberheid en het delen.

Niet minder verontrustend is de morele ellende, die bestaat uit het slaaf worden van ondeugden en zonde. Hoeveel gezinnen leven in angstige smart omdat één van hun gezinsleden – meestal een jongere – in de greep is van alcohol, drugs, gokken, pornografie! Hoeveel mensen zijn de zin van het leven kwijtgeraakt, zijn zonder toekomstperspectief en hebben de hoop verloren! En hoeveel mensen worden tot deze ellende gedwongen door onrechtvaardige sociale omstandigheden, door gebrek aan werk die hun de waardigheid van het kostwinner zijn ontneemt, door gebrek aan gelijkheid wat betreft de rechten op onderwijs en gezondheid. In deze gevallen kan morele ellende heel goed een begin van zelfmoord genoemd worden. Deze vorm van ellende, die ook financiële ruïnering veroorzaakt, is altijd verbonden met spirituele ellende, die ons treft wanneer we ons verwijderen van God en zijn liefde afwijzen. Als we menen geen behoefte te hebben aan God, die ons in Christus de hand reikt, omdat we denken aan onszelf genoeg te hebben, begeven we ons op een weg van mislukking. God is de enige die werkelijk redt en bevrijdt.

Het Evangelie is het ware tegengif tegen spirituele ellende: de Christen is ertoe geroepen in elke omgeving de bevrijdende boodschap te brengen dat vergeving van begaan kwaad bestaat, dat God groter is dan onze zonde en ons om niet bemint, altijd, en dat we gemaakt zijn voor leven in gemeenschap en het eeuwig leven. De Heer nodigt ons uit vreugdevolle verkondigers van deze boodschap van barmhartigheid en hoop te zijn! Het is mooi de vreugde te ervaren van het verspreiden van deze blijde boodschap, de ons toevertrouwde schat te delen, de verpletterde harten te troosten en hoop te geven aan zoveel in duisternis gehulde broeders en zusters. Het gaat erom Jezus te volgen en net als Hij te doen, die naar de armen en zondaars is gegaan als de herder naar het verloren schaap, en Hij is er heen gegaan vol liefde. Verenigd met Hem kunnen we moedig nieuwe wegen van evangelisatie en menselijke impuls openen.

Dierbare broeders en zusters, moge de hele Kerk in deze Veertigdagentijd bereid en ijverig zijn om aan hen die leven in materiële, morele en spirituele ellende, het getuigenis te geven van de evangelische boodschap, die ons herenigt in de verkondiging van de liefde van de barmhartige Vader, die klaarstaat om in Christus iedere mens te omarmen. We zullen dat kunnen doen in de mate waarin we gelijkvormig aan Christus zullen zijn, die Zich arm gemaakt heeft en ons rijk gemaakt heeft met zijn armoede. De Veertigdagentijd is een geschikte tijd voor de zelfverloochening; en het zal ons goed doen ons af te vragen van welke zaken we ons kunnen ontdoen om anderen te helpen en te verrijken met onze armoede. Laten we niet vergeten dat ware armoede pijn doet: zelfverloochening zonder deze dimensie van boetedoening is niet echt. Ik wantrouw de aalmoes die niets kost en niet pijn doet.

Moge de Heilige Geest, dankzij welke ‘wij berooid zijn en velen rijk maken, haveloos zijn en de wereld van ons is’, Vgl. 2 Kor. 6,10 deze bedoelingen van ons ondersteunen en in ons de aandacht en de verantwoordelijkheid voor de menselijke ellende versterken, opdat we barmhartig en medewerkers van de barmhartigheid worden. Met deze wens verzeker ik u van mijn gebed opdat elke gelovige en elke kerkelijke gemeenschap met vrucht de weg van de Veertigdagentijd moge afleggen, en ik vraag u voor mij te bidden. Moge de Heer u zegenen en Onze-Lieve-Vrouw u behoeden.

Uit het Vaticaan, 26 december 2013

Feest van de heilige Stefanus, diaken en eerste martelaar

 

FRANCISCUS

Document

Naam: "HIJ IS ARM GEWORDEN OM ONS RIJK TE MAKEN MET ZIJN ARMOEDE" (VGL. 2 KOR. 8, 9)
Veertigdagentijd 2014
Soort: Paus Franciscus - Boodschap
Auteur: Paus Franciscus
Datum: 26 december 2013
Copyrights: © 2014, Libreria Editrice Vaticana / Stg. InterKerk
Werkvertaling uit het Italiaans: rkdocumenten.nl; alineaverdeling en -nummering: redactie
Bewerkt: 7 november 2019

Referenties naar dit document

 
Geen documenten gevonden!

Opties

Internetadres
Print deze pagina
Dit document bestellen
Startpagina van dit document
Referenties naar dit document
Referenties vanuit dit document
RK Documenten wordt mogelijk gemaakt door donaties van gebruikers.
© 1999 - 2025, Stg. InterKerk, Schiedam, test