• Database vol kerkelijke documenten
  • Geloofsverdieping
  • Volledig in het Nederlands
  • Beheerd door vrijwilligers

Zoeken in kerkelijke documenten en berichten

x

De kern van het religieuze geloof, die zichtbaar wordt in mythen en riten, geloofsvoorstellingen en devoties, betuigt de geheimvolle ervaring van God en spreekt op een diep niveau alle mensen aan. God is oorsprong en doel van alle werkelijkheid. En geen enkele werkelijkheid is als God. In deze vorm is, gezien vanuit de geschiedenis van de beschaving, het 'monotheïsme' lange tijd ook erkend als de cultureel meest ontwikkelde vorm van de religie, dat wil zeggen als de wijze van denken over het goddelijke die het meest coherent is met de beginselen van de rede. De enigheid van God, die voor de filosofie toegankelijk is, heeft zich ontwikkeld tot een beginsel van de natuurlijke rede dat aan alle historische tradities van de religies voorafgaat. De zuiver rationele gedachte van de enigheid van God als punt waarin de rede en de religies convergeren, had in de moderne tijd heel goed gediend om in de cultuur en de samenleving de conflicten tussen de confessies en de religies te reguleren. Het is evenzeer waar dat in de loop van de geschiedenis en in de ontwikkeling van diezelfde moderne westerse cultuur deze gestalte van de religie, die in wijsgerige systemen en cultuurwetenschappen ten slotte eenstemmig 'joods-christelijk monotheïsme' werd genoemd, in het perspectief van een directe theologisch-politieke parallel ideologisch is gebruikt om er de monarchale vorm van de soevereine macht mee te rechtvaardigen. 

Hoe dan ook, het lijdt geen twijfel dat deze wijsgerige godsidee in de loop van de tijd een zowel wijsgerig als politiek beeld van het monotheïsme heeft ontwikkeld dat zich grotendeels onafhankelijk verhoudt tot de authentieke christelijke openbaring. Dit beeld neigt naar het deïsme, doordat het deels, ook bij de gelovigen, de oorspronkelijkheid van de christelijke openbaring afzwakt, deels een idee van het goddelijk-absolute ontwikkelt dat op gespannen voet staat of zelfs in strijd is met een coherente interpretatie van het geloof. Als reactie op een zekere dominantie van de eenheid van het zijn en van het ware, die karakteristiek was voor het grootste deel van de wijsgerige en politieke opvattingen van de moderniteit, neigt de huidige westerse cultuur ertoe aan de veelheid van wat goed en billijk is de voorkeur te geven. Daarmee brengt zij een betekenisvolle spanning voort tussen de erkenning van een pluralisme ende theoretische onderbouwing van een principieel relativisme. Ongetwijfeld bevoordelen het bewustzijn van en het respect voor verschillen de waardering van bijzonderheden en de openheid voor een gastvrije stijl van met elkaar omgaan. Tegelijkertijd brengt deze openheid toch ook haar eigen tegenspraak aan het licht. Die bestaat vooral hierin dat de werelden waarin mensen leven niet met elkaar kunnen communiceren; die leiden tot wantrouwen of zelfs onverschilligheid tegenover de verplichting om te zoeken naar de waardigheid die mensen met elkaar gemeen hebben. Berusten in een radicaal relativisme als laatste en onoverkomelijke horizon van de zoektocht naar het ware, het billijke en het goede, vormt niet echt een betere garantie voor vreedzame samenwerking in de mensengemeenschap. Het relativisme wordt in feite onvermijdelijk een reden tot rechtvaardiging van wederzijdse onverschilligheid en wantrouwen inzake willekeurig welk onderwerp dat het leven betreft of inzake welke politieke verantwoordelijkheid dan ook. Wanneer het zoeken naar ware rechtvaardigheid en de inzet voor het gemeenschappelijke goed onder de verdenking valt van conformisme en dwang, wordt echte passie voor vrijheid, gelijkheid en goede banden ten slotte tot in de wortel ontmoedigd. En dat is niet alles. Zo'n verlies van vertrouwen en motivatie, het gevolg van een wijd verbreid gevoelen van betrekkelijkheid, levert de relaties tussen de mensen uit aan een anoniem en bureaucratisch beheer van de burgerlijke samenleving. Het is niet toevallig dat men, in het spoor van wat tegenwoordig een aanzienlijk deel van de sociale kritiek signaleert, de groei vaststelt van een pluralistisch beeld van de samenleving met de gelijktijdige bevestiging van de totalitaire ambitie van een manier van denken. 
 

In het spoor van deze paradox is het ideaal of zelfs de idee van de waarheid voorwerp van een radicale aanklacht. De idee dat het zoeken naar de waarheid, behalve dat ze noodzakelijk is voor het gemeenschappelijke goed, kan worden gedacht als een gemeenschappelijke ondememing die vreedzaam kan worden gedeeld en gepresenteerd in een eerbiedig getuigenis, wordt illusoir en gespeend van realisme geacht. In dit perspectief wordt de waarheid niet gedacht als een principe dat de mensen hun waardigheid geeft en verenigt en dat hen kan ontrukken aan de willekeur en aan de trouweloosheid van een in zichzelf opgesloten egoisme, waardoor de mensen onverschillig worden voor een rechtvaardigheid die allen toekomt. Integendeel de waarheid wordt soms uitdrukkelijk aangewezen als een radicale bedreiging van de autonomie van het subject en zijn openheid voor de vrijheid. Vooral omdat de aanspraak op een objectieve en universele waarheid die voor allen een verwijspunt zou zijn- even aangenomen dat die voor de menselijke geest toegankelijk zou zijn - onmiddellijk wordt verbanden met een aanspraak op absolute macht van een subject of van een groep mensen. Deze aanspraak op waarheid zou zo leiden tot de rechtvaardiging van de overheersing van de ene mens die er het bezit van opeist door de andere die er, volgens deze pretentie, van is beroofd. Als gevolg van deze voorstelling van de waarheid, waarin zij wordt gezien als onafscheidelijk verbanden met de Wille zur Macht, worden de inzet voor het zoeken ernaar en de passie voor het getuigen ervan a priori beschouwd als bronnen van conflict en geweld onder mensen. In dit kader wordt de zorgwekkende herleving van wat we gewoonlijk (en ook veralgemenend) aanduiden als 'vormen van religieus fundamentalisme' gezien als een duidelijk en afdoend bewijs van het verband in kwestie. 
 

De omkering van het kader van het moderne denken is onverwacht: nu is het monotheïsme archaïsch en despotisch en het polytheïsme creatief en verdraagzaam. In ieder geval bedoelt de globale classificatie van jodendom, christendom en islam als de drie grote 'monotheïstische religies' onder deze naam de reden aan te duiden van het gevaar dat zij zijn voor de stabiliteit ende humanistische vooruitgang van de 'burgermaatschappij'. 

Toch kunnen we niet stilzwijgend voorbijgaan aan het feit dat in een bepaalde sector van onze westerse cultuur die een zeker intellectueel aanzien geniet de agressiviteit waarmee deze 'stelling' almaar wordt herhaald, zich voornamelijk concentreert op de radicale aanklacht tegen het christendom. Dat is nu net de religie die in deze fase van de geschiedenis zeker de hoofdrol speelt onder de instanties die met de grote religieuze tradities en met de seculiere humanistische culturen een vreedzame dialoog voor de vrede voeren. Het feit dat zij op deze manier nogal gemakkelijk in verband worden gebracht met een geloof in de Enige God als 'kiem van geweld' is zeker pijnlijk voor miljoenen authentieke gelovigen. En niet alleen voor christenen. De beschuldiging doet de leerlingen van de Heer zeker perplex staan en brengt hen in verwarring wegens het feit dat het huidige bewustzijn van christenen hun ver verwijderd lijkt van het preken van geweld. We kunnen daarom de verbazing begrijpen van christenen wanneer ze zien dat hun een religieuze oproep wordt toegeschreven tot geweld tegen gelovigen van andere religies of tegen de voorvechters van religiekritiek, vooral als we zien dat in vele delen van de wereld christenen worden getroffen door intimidatie en geweld alleen vanwege het feit dat ze tot de christengemeenschap horen. In dezelfde democratische en seculiere samenlevingen wordt het hebben van een band met de christelijke gemeenschap vaak aangeklaagd als een bedreiging van de sociale vrede en van vrije culturele ontmoetingen, zelfs wanneer de argumenten die worden aangedragen ter ondersteuning van meningen die de publieke ruimte betreffen een beroep doen op de bronnen van het gewone verstand. 

Men kan zeker niet ontkennen dat op wereldschaal het verontrustende verschijnsel van het 'religieus geweld', dat een significant verband vertoont met politieke factoren als vijandschap tussen volken en de strategie van het terrorisme, opnieuw ontbrandt. We kunnen, als we de geschiedenis van het christendom bezien, ook niet onkundig zijn van het feit dat wij door eigen schuld herhaaldelijk op het dwaalspoor van het religieuze geweld zijn geraakt. Hoe dringt de kiem van het geweld het geloof in God binnen? En hoe verkeert de zegen van de erkenning van de enige God in de vloek die ons brengt op de weg van het geweld 'in de naam van God'? Onze reflectie wil hoofdzakelijk elementen bieden om het specifieke van het christelijke monotheïsme te begrijpen met de bedoeling om uitdrukkelijk het intrinsieke verband ervan aan het licht te brengen met het geheim van het eigen leven van de drie-ene God, dat geopenbaard is in de incarnatie van de mens geworden Zoon van God. De bekering van onze geest en ons verstand tot een lichtender doorzichtigheid van het geloof moet een edelmoedig enthousiasme opwekken om van het bijzondere van dit geloof te getuigen. Dat is iets wat de huidige historische situatie met heel bijzondere urgentie vraagt. Tegelijkertijd nemen we ons voor om ten behoeve van allen de reden duidelijk te maken 'van de hoop die in ons is' (1 Pt. 3, 15), en dat door middel van een helderder zicht op de steun die het kerkelijke geloof kan bieden aan een nieuwe bekering van de westerse rede tot de geest van een beter humanisme.

Document

Naam: DE DRIE-ENE GOD, EENHEID VAN DE MENSEN. HET CHRISTELIJK MONOTHEïSME TEGEN HET GEWELD
(fragment)
Soort: Internationale Theologische Commissie
Datum: 17 januari 2014
Copyrights: © 2014, Libreria Editrice Vaticana / Stg. InterKerk
Vert. vanuit het Italiaans: dr. Jörgen Vijgen
Bewerkt: 6 april 2021

Referenties naar dit document

 
Geen documenten gevonden!

Opties

Internetadres
Startpagina van dit document
Inhoudsopgave van dit document
Referenties naar dit document
Referenties vanuit dit document
RK Documenten wordt mogelijk gemaakt door donaties van gebruikers.
© 1999 - 2024, Stg. InterKerk, Schiedam, test