CASTI CONNUBIIOver het Christelijk huwelijk, met inachtneming der in gezin en maatschappij heersende toestanden, noden, dwalingen en misbruiken
(Soort document: Paus Pius XI - Encycliek)
Paus Pius XI -
31 december 1930
Maar ook tegenover al déze onzinnigheden, eerbiedwaardige broeders, blijft onwrikbaar staan de ene, absoluut zekere wet van God, die door Christus met alle nadruk bevestigd is, en door geen menselijke bepalingen, door geen volksuitspraken, door geen wil van wetgevers van haar kracht beroofd kan worden: "Wat God heeft verenigd, dat scheide geen mens." (Mt. 19, 6) En als de mens dit onrechtmatig tóch doet, dan is zijn daad absoluut ongeldig. Met volle recht heeft Christus zelf dan ook, zoals wij reeds meer dan eens zagen, de verzekering gegeven: "Al wie zijn vrouw wegzendt en een andere huwt, bedrijft overspel; en wie een vrouw, die door haar man is weggezonden, huwt, pleegt echtbreuk." (Lc. 16, 18) En deze woorden van Christus gelden voor ieder huwelijk, ook voor het louter natuurlijk en wettelijk huwelijk. Want die onontbindbaarheid is een eigenschap van ieder waar huwelijk, en het is daardoor, wat de huwelijksband betreft, aan ieder goedvinden der partijen en aan alle wereldlijk gezag totaal onttrokken.
Hier moet ook herinnerd worden aan de plechtige uitspraak, waardoor de kerkvergadering van Trente de volgende dwalingen als ketters veroordeeld heeft: "Als iemand zegt, dat op grond van ketterij, of van moeilijkheden in de samenwoning of van moedwillige verlating van de kant van een der echtgenoten de huwelijksband kan ontbonden worden, hij zij in de ban."
Concilie van Trente, 24e Zitting - Leer over het Sacrament van het Huwelijk, Sessio XXIV - Doctrina de sacramento matrimonii (11 nov 1563), 9. Canon 5, DS 1805 En deze andere: "Als iemand zegt, dat de Kerk dwaalt, als zij geleerd heeft en nog leert, dat volgens de leer van het Evangelie en van de apostelen de band van het huwelijk niet kan ontbonden worden wegens overspel van een der echtgenoten; en dat geen van de twee, ook niet de onschuldige, die geen aanleiding tot overspel gegeven heeft, bij leven van de andere partij een nieuw huwelijk mag aangaan en dat de man, die na verstoting zijner overspelige echtgenote een andere vrouw, en eveneens de vrouw, die na verstoting van haar overspelige echtgenoot een andere man huwt, zich schuldig maakt aan overspel: hij zij in de ban."
Concilie van Trente, 24e Zitting - Leer over het Sacrament van het Huwelijk, Sessio XXIV - Doctrina de sacramento matrimonii (11 nov 1563), 11. Canon 7, DS 1807
Als nu de Kerk niet gedwaald heeft en niet dwaalt, wanneer zij deze leer heeft verkondigd en blijft verkondigen; en als het dus volstrekt zeker is, dat de huwelijksband zelfs niet om reden van overspel ontbonden kan worden; dan volgt daaruit klaarblijkelijk dat de andere, zoveel zwakkere redenen tot echtscheiding, die men gewoonlijk aanvoert, nog veel minder gelden, en dat men die absoluut als van nul en gener waarde moet beschouwen.