HEILIGE SCHRIFTWillibrordvertaling 1975
(Soort document: Heilige Schrift)
VAN PAULUS, Silvánus en Timóteüs aan de christengemeente van Tessalonica, die is in God de Vader en de Heer Jezus Christus.
Genade voor u en vrede!
Dank aan God voor het succes van de prediking van Paulus
Wij zeggen God dank voor u allen, telkens wanneer wij uw naam noemen in onze gebeden.
Onophoudelijk gedenken wij voor het aanschijn van God, onze Vader, uw werkdadig geloof, uw onvermoeibare liefde en uw standvastige hoop op onze Heer Jezus Christus.
Wij weten, broeders, dat God u liefheeft en dat gij door Hem zijt uitverkoren,
want wij hebben u het evangelie verkondigd niet alleen met woorden maar met kracht en heilige Geest en volle overtuiging. Gij weet trouwens zelf wel hoe ons optreden bij u is geweest: het was gericht op uw heil.
En gij van uw kant zijt navolgers geworden van ons en van de Heer, toen gij het woord hebt aangenomen onder allerlei beproevingen en toch met vreugde van de heilige Geest.
Gij zijt een voorbeeld geworden voor alle gelovigen in Macedonië en in Achaïa.
Van Tessalonica uit heeft het woord van de Heer weerklonken, en niet enkel in Macedonië en Achaïa; allerwegen is uw geloof in God bekend geworden. Wij hoeven niets meer te zeggen.
Zij vertellen zelf hoe wij bij u zijn gekomen en hoe wij door u zijn ontvangen: hoe gij u van de afgoden tot God hebt bekeerd, om de levende en waarachtige God te dienen,
en uit de hemel zijn Zoon te verwachten, die Hij uit de dood heeft opgewekt, Jezus, die ons redt van de komende toorn.
© 1975, KBS Boxtel / Uitg Emmaus Brugge