• Database vol kerkelijke documenten
  • Geloofsverdieping
  • Volledig in het Nederlands
  • Beheerd door vrijwilligers

Zoeken in kerkelijke documenten en berichten

x
Looft de Heer, roept aan zijn naam, onder de volken verkondigt zijn daden;
zingt Hem, speelt op de snaren voor Hem, wijdt een lied aan zijn talloze wonderen.
Weet uw roem in zijn heilige naam, gij die de Heer zoekt, verblijdt u van harte;
keert u tot de Heer en zijn macht, zoekt met volharding zijn aanschijn.
De wonderen gedenkt die Hij deed, zijn tekenen, zijn afgekondigd bestel,
gij zaad van Abraham, zijn knecht, Jakobs zonen, door Hem verkoren.
Hij is de Heer, onze God, - zijn bestel regeert heel de aarde
Hij die eeuwig gedenkt zijn verbond, gebodwoord voor duizend geslachten,
hetwelk Hij met Abraham sloot, zijn eed aan Isaak gedaan.
Jakob tot een inzetting stelde Hij het, Israël tot een eeuwig verbond,
sprekende: 'Ik geef u het land Kanaän, dat als erfland u toe wordt gemeten.'
Toen gering nog zij waren in aantal, onaanzienlijk, slechts vreemdelingen daar,
moesten trekken van volk tot volk, van het ene rijk naar het andere,
stond Hij mensen niet toe hen te knechten, om hen wees Hij koningen terecht:
'raakt nimmer aan mijn gezalfden, vergrijpt u niet aan mijn profeten!'
Hij riep hongersnood over het land, heeft elke broodstaf gebroken;
maar eerst zond Hij een man voor hen uit: Jozef, die als slaaf werd verkocht.
Zij klemden zijn voeten in boeien, in de ijzers werd hij gesloten,
tot de tijd dat afkwam zijn voorspelling, Jahwe's woord hem onfeilbaar deed blijken.
Farao gaf last hem te ontboeien, hem bevrijdde de heerser der volken,
stelde hem tot heer over zijn huis aan, tot beheerder van al zijn bezit:
om rijksgroten de wet voor te schrijven, om zijn raadslieden wijsheid te leren
Zo kwam Israël naar Egypte, was Jakob in den vreemde, in Cham.
Grote vruchtbaarheid gaf Hij zijn volk, dat het zijn onderdrukkers te sterk werd;
hun gezindheid sloeg om: zij haatten zijn volk, vol arglist tegen zijn knechten.
Toen dan zond Hij hun Mozes, zijn dienaar, Aäron, die Hij zich had verkozen;
zij zeiden zijn tekenen hun aan, wondertekenen in het land Cham.
Hij zond duisternis, het werd duister: zij bleven zijn woorden weerstaan.
Hij veranderde het water in bloed en deed hun vissenvolk sterven;
van kikvorsen wemelde hun land tot in de vertrekken der vorsten.
Hij sprak en de steekvliegen kwamen, muggen zover hun landsgrenzen reikten;
voor regen gaf Hij hun hagel, hemelvuur bracht Hij over hun land;
hun wijnstok, hun vijgeboom trof Hij, het geboomte in hun land sloeg Hij neer.
Hij sprak en de sprinkhanen kwamen, kaalvreters - zij waren ontelbaar;
die vraten alle groen in hun land af, vraten weg het gewas op hun akker.
Sloeg toen elke eerstgeborene in Egypte, eersteling van elks manlijke kracht:
doch hen leidde Hij uit - met zilver, met goud! niemand onder hun stammen die uitviel.
Met vreugd zag Egypte hen trekken: zwaar lag op hen de schrik voor dit volk.
Hij ontplooide een wolk ter bedekking, een vuur om te lichten in de nacht;
zij vroegen: kwartels deed Hij komen, heeft met hemelbrood hen verzadigd;
en Hij spleet de rots, water welde, langs de dorre grond liep het: een beek!
Zo bleef Hij zijn heilig woord trouw, de belofte aan Abraham, zijn knecht;
zijn volk deed in vreugde Hij uitgaan, zijn uitverkorenen in jubel.
En Hij schonk hun de landen der volken, wier arbeid zij mochten beerven:
om naar zijn verbondseisen te leven, om te onderhouden zijn wetten. Godlof!

Document

Naam: HEILIGE SCHRIFT
Willibrordvertaling 1975
Soort: Heilige Schrift
Datum:
Copyrights: © 1975, KBS Boxtel / Uitg Emmaus Brugge
Bewerkt: 7 november 2019

Opties

Internetadres
Startpagina van dit document
Inhoudsopgave van dit document
RK Documenten wordt mogelijk gemaakt door donaties van gebruikers.
© 1999 - 2024, Stg. InterKerk, Schiedam, test